Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Bluemers, Theodorus Antonius Johannes: verschil tussen versies
k (→Bronnen: cat) |
k (interne link) |
||
Regel 6: | Regel 6: | ||
In Keijenborg kreeg hij zin bouwpastoor te worden; een wens die hij kon vervullen nadat hij in [[Doetinchem]] tijdens het jaarlijkse veertigurengebed met pastoor Kleve van [[Wehl]] had gesproken. Pastoor Kleve had erover geklaagd dat de kerk in Wehl te klein was: veel kerkgangers moesten zondags bij de kerkdeur blijven staan. Toen een paar jaar later de stichting van de parochie Kilder werd aangekondigd, kreeg Bluemers op 8 juni [[1884]] een brief van deken Van Oppenraay van het dekenaat [[Zutphen]] met het verzoek bouwpastoor in Kilder te worden. Waarschijnlijk heeft de deken dit gedaan op aanraden van pastoor Kleve. Aangezien al enkele kapelaans dit aanbod hadden afgewezen (zij wilden geen "missiepater" worden), was de deken blij dat Bluemers het aanbod aannam. Ter voorbereiding werd hij benoemd tot assistent in Wehl, van welke parochie de nieuwe parochie Kilder zou worden afgesplitst. De bouw van [[St. Jan de Doper|de kerk]] en [[Pastorie Kilder|de pastorie]] betaalde hij voor een groot deel uit eigen middelen. Op 18 juni [[1886]] werd hij Kilders eerste pastoor. | In Keijenborg kreeg hij zin bouwpastoor te worden; een wens die hij kon vervullen nadat hij in [[Doetinchem]] tijdens het jaarlijkse veertigurengebed met pastoor Kleve van [[Wehl]] had gesproken. Pastoor Kleve had erover geklaagd dat de kerk in Wehl te klein was: veel kerkgangers moesten zondags bij de kerkdeur blijven staan. Toen een paar jaar later de stichting van de parochie Kilder werd aangekondigd, kreeg Bluemers op 8 juni [[1884]] een brief van deken Van Oppenraay van het dekenaat [[Zutphen]] met het verzoek bouwpastoor in Kilder te worden. Waarschijnlijk heeft de deken dit gedaan op aanraden van pastoor Kleve. Aangezien al enkele kapelaans dit aanbod hadden afgewezen (zij wilden geen "missiepater" worden), was de deken blij dat Bluemers het aanbod aannam. Ter voorbereiding werd hij benoemd tot assistent in Wehl, van welke parochie de nieuwe parochie Kilder zou worden afgesplitst. De bouw van [[St. Jan de Doper|de kerk]] en [[Pastorie Kilder|de pastorie]] betaalde hij voor een groot deel uit eigen middelen. Op 18 juni [[1886]] werd hij Kilders eerste pastoor. | ||
− | Pastoor Bluemers overleed in Kilder op 17 april [[1915]], 69 jaar oud, en werd op het kerkhof van zijn kerk begraven. Zijn opvolger was [[Welling, Hendrikus|pastoor Welling]]. De [[Pastoor Bluemersstraat]] is naar hem genoemd. | + | Pastoor Bluemers overleed in Kilder op 17 april [[1915]], 69 jaar oud, en werd op [[Begraafplaats Kilder|het kerkhof]] van zijn kerk begraven. Zijn opvolger was [[Welling, Hendrikus|pastoor Welling]]. De [[Pastoor Bluemersstraat]] is naar hem genoemd. |
Bij het zestigjarig bestaan van de parochie in [[1946]] werd een gebrandschilderd gedachtenisraam voor hem onthuld. Het is gemaakt door [[Randag, Pater Humbert|pater Humbert Randag]] en toont pastoor Bluemers met Johannes de Doper en het Lam Gods. Onderaan zijn de wapens van de [[Wapen van 's-Heerenberg|gemeente Bergh]] en de gemeente [[Wehl]] afgebeeld, op wier grondgebied de parochie Kilder lag. Het hoofd van Johannes de Doper is ooit beschadigd en op minder geslaagde wijze vervangen. | Bij het zestigjarig bestaan van de parochie in [[1946]] werd een gebrandschilderd gedachtenisraam voor hem onthuld. Het is gemaakt door [[Randag, Pater Humbert|pater Humbert Randag]] en toont pastoor Bluemers met Johannes de Doper en het Lam Gods. Onderaan zijn de wapens van de [[Wapen van 's-Heerenberg|gemeente Bergh]] en de gemeente [[Wehl]] afgebeeld, op wier grondgebied de parochie Kilder lag. Het hoofd van Johannes de Doper is ooit beschadigd en op minder geslaagde wijze vervangen. |
Versie van 25 jan 2021 om 07:20
Theodorus Antonius Johannes Bluemers werd op 6 april 1846 geboren te Arnhem als zoon van Johannes Christianus Hendrikus Bluemers en Helena Wanders.
Bluemers werd op 15 augustus 1869 in Utrecht tot priester gewijd en daarna benoemd tot kapelaan in Hilversum. In 1871 werd hij rector in Montfoort, in 1872 kapelaan in Oud-Zevenaar, in 1873 kapelaan in Eemnes en in 1877 kapelaan in Keijenborg.
In Keijenborg kreeg hij zin bouwpastoor te worden; een wens die hij kon vervullen nadat hij in Doetinchem tijdens het jaarlijkse veertigurengebed met pastoor Kleve van Wehl had gesproken. Pastoor Kleve had erover geklaagd dat de kerk in Wehl te klein was: veel kerkgangers moesten zondags bij de kerkdeur blijven staan. Toen een paar jaar later de stichting van de parochie Kilder werd aangekondigd, kreeg Bluemers op 8 juni 1884 een brief van deken Van Oppenraay van het dekenaat Zutphen met het verzoek bouwpastoor in Kilder te worden. Waarschijnlijk heeft de deken dit gedaan op aanraden van pastoor Kleve. Aangezien al enkele kapelaans dit aanbod hadden afgewezen (zij wilden geen "missiepater" worden), was de deken blij dat Bluemers het aanbod aannam. Ter voorbereiding werd hij benoemd tot assistent in Wehl, van welke parochie de nieuwe parochie Kilder zou worden afgesplitst. De bouw van de kerk en de pastorie betaalde hij voor een groot deel uit eigen middelen. Op 18 juni 1886 werd hij Kilders eerste pastoor.
Pastoor Bluemers overleed in Kilder op 17 april 1915, 69 jaar oud, en werd op het kerkhof van zijn kerk begraven. Zijn opvolger was pastoor Welling. De Pastoor Bluemersstraat is naar hem genoemd.
Bij het zestigjarig bestaan van de parochie in 1946 werd een gebrandschilderd gedachtenisraam voor hem onthuld. Het is gemaakt door pater Humbert Randag en toont pastoor Bluemers met Johannes de Doper en het Lam Gods. Onderaan zijn de wapens van de gemeente Bergh en de gemeente Wehl afgebeeld, op wier grondgebied de parochie Kilder lag. Het hoofd van Johannes de Doper is ooit beschadigd en op minder geslaagde wijze vervangen.
Bronnen
- 100 Jaar "Sint Jan" Kilder, blz. 37
- Bevolkingsregister Bergh
- De Graafschapbode van 14 augustus 1909 op Delpher
- WieWasWie