Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Moorman, Antonius Wilhelmus Franciscus
Antonius Wilhelmus Franciskus Moorman was rijksveldwachter in Beek. Hij werd op 2 april 1894 geboren in Wehl als zoon van Gradus Johannes Moorman en Catharina Maria Kaal. Hij overleed in Zevenaar op 18 oktober 1971, 77 jaar oud, en werd begraven op de begraafplaats aan de Deken Reuvekampweg in Didam.
Inhoud
Voor de Tweede Wereldoorlog
De naamsaanduiding van Moormans functie varieerde in de tijd en afhankelijk van zijn standplaats. Hij begon als agent van politie in Deventer, waar hij in juli 1923 slaagde voor het politiediploma "zonder aantekeningen" en in september 1924 voor het politiediploma "met aantekeningen".
In augustus 1925 werd hij benoemd tot rijksveldwachter in de gemeente Bergh met standplaats Beek. Toen begin 1926 in Didam een onderafdeling van de katholieke Sint Michaël Politiebond werd opgericht, trad Moorman toe tot het bestuur van deze vereniging. In die functie was hij onder meer de contactpersoon bij wie Berghse jongemannen zich konden aanmelden voor deelname aan de opleiding voor het politiediploma, die de Sint Michaël Politiebond jaarlijks organiseerde.
Een (nu) opvallende taak die bij Moormans woning werd uitgevoerd (waarschijnlijk niet door hemzelf) was de jaarlijkse keuring van trekhonden. Dit was iets waar de politie toezicht op hield volgens de Trekhondenwet van [[1910]. Behalve bij Moorman gebeurde de keuring 1929 in 's-Heerenberg bij het politiebureau (de "politiebarak"), in Azewijn bij veldwachter Te Dorsthorst, in Kilder bij café Teunissen, in Wijnbergen bij de openbare lagere school en in Zeddam bij veldwachter Wiendels. Het gebruik van honden als trekdier is pas sinds 1 januari 1962 verboden; alleen voor sledehonden bestaat nog een uitzondering.
In de nacht van 13 op 14 november 1933 werd Moorman naar het café van Heuthorst (nu De Steenbok) geroepen, waar drie dronkenmannen na sluitingstijd niet wilden vertrekken. De drie bedreigden Moorman zowel fysiek als verbaal, eerst in het café en daarna op straat. Toen de mannen uiteindelijk vertrokken, namen zij Moormans overjas – die hij zelf had uitgetrokken – mee. De jas is later in stukken gescheurd teruggevonden. De drie zijn in januari 1934 tot geldboetes en gevangenisstraffen veroordeeld wegens het in het openbaar in staat van dronkenschap verstoren van de openbare orde en bedreigen van de veiligheid van een veldwachter.
Op 16 februari 1938 maakte een Duitse dubbeldekker van het type Heinkel He 72 een noodlanding op het Kilderse Veld bij Beek. Moorman was snel ter plaatse om het toegestroomde publiek op gepaste afstand te houden. Na de nodige formaliteiten en onderzoek door bevoegde instanties kon het vliegtuig de volgende dag weer opstijgen en terugkeren naar zijn basis in Gelsenkirchen.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog
In de Tweede Wereldoorlog voegden de Duitse bezetters de rijks- en gemeenteveldwachters samen met de Koninklijke Marechaussee, die daarmee het predicaat koninklijk verloor. De foto's hierboven duiden erop dat de veldwachters en marechaussees ieder wel hun eigen uniform behielden.
Moorman heeft in de oorlog en kort daarna een aantal keren te maken gehad met gesneuvelde militairen.
- Op de rechter foto hierboven is hij te zien bij de begrafenis op 18 april 1942 van de Britse piloot Cedric Mardon op het kerkhof in Kilder.
- Op 14 maart 1943 maakte hij samen met zijn collega Busser rapport op van het neerstorten van een Britse bommenwerper, twee dagen eerder aan de Zuider Markweg in Beek. In het rapport duidde hij zichzelf aan als onbezoldigd rijksveldwachter behorende tot de Marechaussee Gewest Arnhem, Groep 's-Heerenberg, Post Beek.
- Op 11 maart 1946 maakte hij nevenstaand rapport op van de opgraving daags tevoren van de lijken van dertien gesneuvelde Canadese militairen, begraven op het kerkhof van Beek.
Na de Tweede Wereldoorlog
Na de oorlog werd het Korps Rijkspolitie opgericht, dat opereerde in gemeenten met minder dan 25.000 inwoners. Moorman wed toen met de rang van wachtmeester commandant van de Post Beek van de Groep Bergh der Rijkspolitie. Het rapport hierboven heeft hij dan ook ondertekend met Wachtmeester-Postcommandant.
In december 1946 werd hij bevorderd tot opperwachtmeester. Niet lang daarna werd hij overgeplaatst naar Angerlo. Vanaf 1948 was hij groepscommandant in Didam.
Opperwachtmeester Moorman ging op 1 april 1950 met pensioen. Bij de afscheidsceremonie in de raadszaal van het gemeentehuis in Didam werd hij toegesproken door collega's en de burgemeesters van twee van de drie gemeenten waar hij na de oorlog had gediend. Na burgemeester Van Riel van Angerlo sprak burgemeester De Leeuw van Didam, die mede een dankwoord uitsprak namens de verhinderde burgemeester Nederveen van Bergh. De Leeuw zou op 1 april 1953 Nederveen opvolgen als burgemeester van Bergh.
Huwelijk en gezin
Moorman was getrouwd met Anna Stephanie Heisterkamp, geboren op 25 december 1894 in Hurl (tegenwoordig Empel) bij Rees. Zij kregen zeven kinderen, van wie de drie oudste in Deventer werden geboren en de vier jongste in Beek.
- Wilhelmina Catharina (1922–2015)
- Anna Theodora (1923–1970)
- Wilhelmus, (1925–1945; hij werd op 22 januari 1945 bij een vergeldingsmaatregel door de Duitsers geëxecuteerd.)
- Henrica Maria (1926–2016)
- Alphonsus Maria (1927–1927)
- Alphonsus Jozef (1930–1972)
- Maria Johanna Theresia (1931)
Moormans vrouw overleed in Zevenaar op 20 mei 1980, 85 jaar oud, en werd begraven op de begraafplaats aan de Kerkwijkweg in Didam.
Bronnen
- Archieven.nl
- Op Delpher:
- Dagblad De Tijd van 12 juli 1923 en 26 september 1924
- De Graafschapbode van 13 april 1926, 12 oktober 1928, 23 april 1929, 10 januari 1934, 18 februari 1938 en 2 december 1946
- Gemeentearchief Bergh, Archief 1942-1983, inventarisnummer 189
- Trekhondenwet op Wikipedia