Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Processie Kilder
In Kilder is vele jaren een sacramentsprocessie gehouden. Bij zo'n processie droeg de pastoor het Heilig Sacrament, ook genoemd het Allerheiligste, in een monstrans met zich mee. Het Heilig Sacrament is een geconsacreerd hostie, die in de monstrans achter glas te zien is. De pastoor was daarbij gekleed in een koorkap, een liturgisch gewaad van zodanige snit dat hij daarmee de monstrans kon vasthouden zonder hem met zijn blote handen aan te raken. Hij liep onder een processiehemel, een baldakijn van kostbare stof, die door vier parochianen werd gedragen. Enkele parochianen begeleidden de processiehemel met een flambouw; een kaarshouder op een lange stok. Hun aantal stond niet vast. Het konden er twee zijn, maar ook vier of zes. Dit geheel werd begeleid door enkele geestelijken en misdienaren, van wie er een 'n wierookvat droeg. Een monstrans is onhandig en te zwaar om lang te dragen, daarom werd er langs de route haltgehouden bij een of meer rustaltaren, waar gepreekt en gebeden werd.
De Kilderse sacramentsprocessie hangt samen met de processie naar het hagelkruis op de hoek van de huidige Molenweg en Doetinchemseweg. Hier werd van oudsher met Hemelvaart of Pinksteren brood uitgedeeld aan de armen. Het brood werd geleverd door boeren die de plicht hadden dit te doen als deel van de pacht die zij betaalden voor hun boerderij of land.
Pastoor Welling, die van 1915 tot 1926 in Kilder stond, maakte van de brooduitdeling een kerkelijke gebeurtenis. Na het middaglof op eerste pinksterdag leidde hij een processie naar het hagelkruis. Dit was waarschijnlijk geen sacramentsprocessie zoals hierboven beschreven, maar een soberder optocht. Bij het hagelkruis hield de pastoor vanaf een eierkist een preek. De broden, die al rondom het hagelkruis klaarlagen, werden na de preek uitgedeeld aan de aanwezige armen. Dit uitdelen van broden is in 1943 of 1944 voor het laatst gebeurd.
Los van de processie naar het hagelkruis, die op een eeuwenoude traditie terugging, werd er jaarlijks een sacramentsprocessie gehouden in de pastorietuin en/of over het kerkhof. De eerste keer kan op zijn vroegst in 1886 zijn geweest, toen de kerk en de pastorie werden gebouwd. Processies mochten in die tijd niet op de openbare weg plaatsvinden, maar slechts binnen kerkgebouwen of op een besloten terrein in de openlucht. De pastorietuin en het kerkhof waren zo'n besloten terrein. Dat de processie naar het hagelkruis wel (oogluikend) werd toegestaan, heeft waarschijnlijk te maken met de niet kerkelijke oorsprong. In elk geval ging deze processie met minder uiterlijk vertoon gepaard.
Overigens zijn er plaatsen in Nederland waar sacramentsprocessies van oudsher wél op de openbare weg gehouden mogen worden. Een van die plaatsen is Azewijn, waar van 1820 tot op de dag van vandaag jaarlijks een sacramentsprocessie plaatsvindt. Daarmee is deze processie in Bergh een unieke traditie. Op de pagina over de Azewijnse processie staat meer over het recht om in Nederland processies te houden.
Pastoor Van Weerdenburg, die in 1938 aantrad, is zonder hiervoor toestemming te vragen – en zonder dat hij hierbij gehinderd werd – de sacramentsprocessie op de openbare weg gaan houden. Hieraan name diverse Kilderse verenigingen met hun vlaggen en vaandels deel. Het was dan ook een groots gebeuren. De route was versierd met vlaggen en bogen, en er stonden rustaltaren bij B. Smeenk, H. Giesen en Gerritsen van de Lindeboom.
Pastoor Korrel, die pastoor Van Weerdenburg in 1952 opvolgde, heeft de Kilderse sacramentsprocessie afgeschaft.
Bron
- 100 Jaar "Sint Jan" Kilder, blz. 26 – 28, 97