Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Vuurdensgoed: verschil tussen versies

Uit Berghapedia
Ga naar: navigatie, zoeken
k (Bronnen)
k (Bewoonster van het Vuurdensgoed speelt met vuur: interne link Poor)
 
(8 tussenliggende versies door 2 gebruikers niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
 
Het '''Vuurdensgoed''' (soms Vuurdersgoed genoemd) is een [[boerderij]] in [[Azewijn]]. Het huidige adres is [[Ongerstraat]] 2.
 
Het '''Vuurdensgoed''' (soms Vuurdersgoed genoemd) is een [[boerderij]] in [[Azewijn]]. Het huidige adres is [[Ongerstraat]] 2.
  
De oudst bekende vermelding van het Vuurdensgoed is in de verpondingskohieren van [[Zeddam]] uit [[1650]]. In dat jaar wordt landschrijver Kreuwell als eigenaar genoemd. In de kohieren van [[1680]] staat de vroegst bekende bewoner vermeld: Jan Gijbinck. Hij woonde daar met zijn vrouw Derriske van Huet. In een lijst van [[Land van den Bergh|Berghse]] veebezitters uit [[1672]] staat vermeld dat Jan Gijbinck 1 paard, 13 varkens en 13 koeien bezat. Hij was daarmee een van de grootste boeren van Azewijn.
+
De oudst bekende vermelding van het Vuurdensgoed is in de verpondingskohieren van [[Zeddam]] uit [[1625]]. In dat jaar wordt landschrijver Grootvoorn als eigenaar genoemd. In de kohieren van [[1680]] staat de vroegst bekende bewoner vermeld: Jan Gijbinck. Hij woonde daar met zijn vrouw Derriske van Huet. In een lijst van [[Land van den Bergh|Berghse]] veebezitters uit [[1672]] staat vermeld dat Jan Gijbinck 1 paard, 13 varkens en 13 koeien bezat. Hij was daarmee een van de grootste boeren van Azewijn.
  
 
== Bewoonster van het Vuurdensgoed speelt met vuur ==
 
== Bewoonster van het Vuurdensgoed speelt met vuur ==
In [[1679]] raakte Derriske van Huet, de vrouw van Jan Gijbinck in conflict met Jan Leijgraaf. Die woonde niet ver van haar vandaag, in het [[Derriske van Remmenskempke]]. Dit huis bestaat niet meer, en stond vlak naast het huidige adres Lugtenakkerstraat 3 in Azewijn. Derriske beschuldigde Jan ervan dat hij ''"mijne jonghe die schaepen hoedende, met een vuijst ter neder geslaegen, met voeten gehezen ende door het land gesleept"''. Zij deed daarvan aangifte, en volgens getuigen had zij gezegd ''"hij moet gestraft worden, soo het der fiscaal niet doet, soo sal ick hem selfs straffen!"''. Ze kreeg van de rechter geen gelijk, en als wraak legde Derriske tot tweemaal toe een brandende lont in het rieten dak van de boerderij van Jan Leijgraeff, beide keren kon die worden geblust door oplettende buren. In Azewijn ging het gerucht ging rond dat Derriske op de dag voor de [[brand]] gezegd had: ''"Jan Leijgraeff sal desen dagh voor die roode deur, of ick ben een kindt des duijvels"''. 'Voor de rode deur komen' betekende zoiets als 'je moeten verantwoorden'.
+
In [[1676]] raakte Derriske van Huet, de vrouw van Jan Gijbinck in conflict met Jan Leijgraaf. Die woonde niet ver van haar vandaag, in het [[Derriske van Remmenskempke]]. Dit huis bestaat niet meer, en stond vlak naast het huidige adres Lugtenakkerstraat 3 in Azewijn. Derriske beschuldigde Jan ervan dat hij:
 +
::''Mijne jonghe die schaepen hoedende, met een vuijst ter neder geslaegen, met voeten gehezen ende door het land gesleept''.
  
In diezelfde periode kreeg zij het ook aan de stok met Arent [[Thuis en Thus|Thuijs]]. Hij woonde in de boerderij de [[Boemershof]], dat ook niet meer bestaat, en aan de oostkant van de Passtraat 4 in Azewijn stond. Haar ruzie met Arent Thuijs bleek ontstaan te zijn omdat volgens haar ''"Arent Thuijs heeft sijne merrie bij mijne hengst gehad"'' (mogelijk om zijn merrie te laten bevruchten? Of om de hengst te stelen? Dat is mij niet helemaal duidelijk), waarna ze nog dreigde ''"maer het sal hem wel tienmael meer kosten"''. Zijn huis werd op dezelfde avond in brand gestoken als dat van Jan Leijgraeff in brand gestoken is, en kon ook gered worden door de buren.  
+
Zij deed daarvan aangifte, en volgens getuigen had zij gezegd:
 +
::''Hij moet gestraft worden, soo het der fiscaal niet doet, soo sal ick hem selfs straffen!''
 +
Ze kreeg van de rechter geen gelijk, en als wraak legde Derriske tot tweemaal toe een brandende lont in het rieten dak van de boerderij van Jan Leijgraeff, beide keren kon die worden geblust door oplettende buren. In Azewijn ging het gerucht ging rond dat Derriske op de dag voor de [[brand]] gezegd had:
 +
::''Jan Leijgraeff sal desen dagh voor die roode deur, of ick ben een kindt des duijvels.''
  
De ruzie met Jan Poor ontstond omdat hij haar ganzen geschoten zou hebben, als wraak legde ze op nieuwjaarsavond 1680 om 11 uur 's avonds een brandende lont in het varkenshok, en een brandend turfje in het rieten dak van zijn huis. Beiden brandden volledig af. 18 koeien en vele varkens kwamen om het leven, en de gehele voorraad koren, hooi en stro werd tot as verbrand, ''"ende daer door Jan Poor tot die uijterste armoedt gebracht"''.
+
'Voor de rode deur komen' betekende zoiets als 'je moeten verantwoorden'.
 +
 
 +
In diezelfde periode kreeg zij het ook aan de stok met Arent [[Thuis en Thus|Thuijs]]. Hij woonde in de boerderij de [[Boemershof]], dat ook niet meer bestaat, en aan de oostkant van de Passtraat 4 in Azewijn stond. Haar ruzie met Arent Thuijs bleek ontstaan te zijn omdat volgens haar:
 +
 
 +
::''Arent Thuijs heeft sijne merrie bij mijne hengst gehad.''
 +
 
 +
Mogelijk om zijn merrie te laten bevruchten? Dat is mij niet helemaal duidelijk. Daarna dreigde ze nog:
 +
 
 +
::''Maer het sal hem wel tienmael meer kosten!''
 +
 
 +
Zijn huis werd op dezelfde avond in brand gestoken als dat van Jan Leijgraeff in brand gestoken is, en kon ook gered worden door de buren.
 +
 
 +
In [[1679]] kreeg ze ruzie met Jan [[Poor]], van boerderij de [[Lugtenakker]], omdat hij haar ganzen geschoten zou hebben. Als wraak legde ze op nieuwjaarsavond 1680 om 11 uur 's avonds een brandende lont in het varkenshok, en een brandend turfje in het rieten dak van zijn huis. Beiden brandden volledig af. 18 koeien en vele varkens kwamen om het leven, en de gehele voorraad koren, hooi en stro werd tot as verbrand, ''"ende daer door Jan Poor tot die uijterste armoedt gebracht"''.
  
 
Ditmaal werd ze gepakt en berecht. Op 4 april [[1680]] werd zij in [['s-Heerenberg]] op de brandstapel gezet. Ze liet voor de gelegenheid nog oude kleren brengen. Omdat ze berouw toonde voor haar daden werd ze voor het aansteken van de brandstapel door verwurging om het leven gebracht.
 
Ditmaal werd ze gepakt en berecht. Op 4 april [[1680]] werd zij in [['s-Heerenberg]] op de brandstapel gezet. Ze liet voor de gelegenheid nog oude kleren brengen. Omdat ze berouw toonde voor haar daden werd ze voor het aansteken van de brandstapel door verwurging om het leven gebracht.
Regel 14: Regel 30:
  
 
== Bewoningsgeschiedenis ==
 
== Bewoningsgeschiedenis ==
*1650, eigendom van landschrijver Kreuwell
+
*[[1625]], Het goed was eigendom van Landschrijver Grootvoorn.
*1672–[[1681]], Jan Gijbinck, trouwde Derriske van Huet.
+
*[[1647]]-[[1650]], Joannis (Jan) van Huet, trouwde Elisabeth. Na hun overlijden ging de boerderij over op hun dochter en schoonzoon. Zij pachtten de woning en het goed van eigenaar Landschrijver Kreuwell.
 +
*[[1664]]–[[1681]], Jan Gijbinck, trouwde Derriske van Huet.
 
*[[1689]]–[[1700]], Jan Simons
 
*[[1689]]–[[1700]], Jan Simons
 
*[[1701]]–[[1716]], Jan te Boekhorst
 
*[[1701]]–[[1716]], Jan te Boekhorst
Regel 23: Regel 40:
 
*[[1753]]–[[1793]], Bernt te Boekhorst, bezat 9 koeien, waarvan er 8 stierven tijdens de [[Veepest Bergh 1769|runderpest]] van [[1768]]–[[1769]].
 
*[[1753]]–[[1793]], Bernt te Boekhorst, bezat 9 koeien, waarvan er 8 stierven tijdens de [[Veepest Bergh 1769|runderpest]] van [[1768]]–[[1769]].
 
*[[1812]]–[[1829]], Jan te Boekhorst. In juni [[1828]] bood hij het Vuurdensgoed te koop aan, inclusief woning, achterhuis, schuur, tuin, boomgaard en bouw- en weiland, tezamen ruim 21 hectare groot.
 
*[[1812]]–[[1829]], Jan te Boekhorst. In juni [[1828]] bood hij het Vuurdensgoed te koop aan, inclusief woning, achterhuis, schuur, tuin, boomgaard en bouw- en weiland, tezamen ruim 21 hectare groot.
*1829–[[1859]], Gerrit [[Berntsen]]. Hij kwam van de boerderij die voor de [[ruilverkaveling]] op het adres [[Uiverstraat]] 1 stond. In 1829 kocht hij het Vuurdensgoed. Hij trouwde Joanna Geenen uit [[Zevenaar]].
+
*1829–[[1859]], Gerrit [[Berntsen]]. Hij kwam van de Azewijnse boerderij het [[Wobbengoed]], die voor de [[ruilverkaveling]] op het adres [[Uiverstraat]] 1 stond. In 1829 kocht hij het Vuurdensgoed. Hij trouwde Joanna Geenen uit [[Zevenaar]].
 
*1859–[[1893]], Bernardus Reinardus Ludovicus Berntsen, trouwde Wilhelmina Bernardina Hoegen uit [[Klein-Azewijn]].
 
*1859–[[1893]], Bernardus Reinardus Ludovicus Berntsen, trouwde Wilhelmina Bernardina Hoegen uit [[Klein-Azewijn]].
 
*1893–[[1910]], Wilhelmina Bernardina Hoegen, zij overleed in [[1919]].
 
*1893–[[1910]], Wilhelmina Bernardina Hoegen, zij overleed in [[1919]].
Regel 46: Regel 63:
 
*[[Azem van 't Hof tot heden]], 2003
 
*[[Azem van 't Hof tot heden]], 2003
 
   
 
   
[[Categorie:Boerderijen Azewijn]] [[Categorie:Huisnamen Azewijn]]
+
[[Categorie:Boerderijen Azewijn]] [[Categorie:Huisnamen Azewijn]] [[Categorie:Azewijn Ongerstraat|Vuurdensgoed]]

Huidige versie van 18 okt 2020 om 10:46

Het Vuurdensgoed (soms Vuurdersgoed genoemd) is een boerderij in Azewijn. Het huidige adres is Ongerstraat 2.

De oudst bekende vermelding van het Vuurdensgoed is in de verpondingskohieren van Zeddam uit 1625. In dat jaar wordt landschrijver Grootvoorn als eigenaar genoemd. In de kohieren van 1680 staat de vroegst bekende bewoner vermeld: Jan Gijbinck. Hij woonde daar met zijn vrouw Derriske van Huet. In een lijst van Berghse veebezitters uit 1672 staat vermeld dat Jan Gijbinck 1 paard, 13 varkens en 13 koeien bezat. Hij was daarmee een van de grootste boeren van Azewijn.

Bewoonster van het Vuurdensgoed speelt met vuur

In 1676 raakte Derriske van Huet, de vrouw van Jan Gijbinck in conflict met Jan Leijgraaf. Die woonde niet ver van haar vandaag, in het Derriske van Remmenskempke. Dit huis bestaat niet meer, en stond vlak naast het huidige adres Lugtenakkerstraat 3 in Azewijn. Derriske beschuldigde Jan ervan dat hij:

Mijne jonghe die schaepen hoedende, met een vuijst ter neder geslaegen, met voeten gehezen ende door het land gesleept.

Zij deed daarvan aangifte, en volgens getuigen had zij gezegd:

Hij moet gestraft worden, soo het der fiscaal niet doet, soo sal ick hem selfs straffen!

Ze kreeg van de rechter geen gelijk, en als wraak legde Derriske tot tweemaal toe een brandende lont in het rieten dak van de boerderij van Jan Leijgraeff, beide keren kon die worden geblust door oplettende buren. In Azewijn ging het gerucht ging rond dat Derriske op de dag voor de brand gezegd had:

Jan Leijgraeff sal desen dagh voor die roode deur, of ick ben een kindt des duijvels.

'Voor de rode deur komen' betekende zoiets als 'je moeten verantwoorden'.

In diezelfde periode kreeg zij het ook aan de stok met Arent Thuijs. Hij woonde in de boerderij de Boemershof, dat ook niet meer bestaat, en aan de oostkant van de Passtraat 4 in Azewijn stond. Haar ruzie met Arent Thuijs bleek ontstaan te zijn omdat volgens haar:

Arent Thuijs heeft sijne merrie bij mijne hengst gehad.

Mogelijk om zijn merrie te laten bevruchten? Dat is mij niet helemaal duidelijk. Daarna dreigde ze nog:

Maer het sal hem wel tienmael meer kosten!

Zijn huis werd op dezelfde avond in brand gestoken als dat van Jan Leijgraeff in brand gestoken is, en kon ook gered worden door de buren.

In 1679 kreeg ze ruzie met Jan Poor, van boerderij de Lugtenakker, omdat hij haar ganzen geschoten zou hebben. Als wraak legde ze op nieuwjaarsavond 1680 om 11 uur 's avonds een brandende lont in het varkenshok, en een brandend turfje in het rieten dak van zijn huis. Beiden brandden volledig af. 18 koeien en vele varkens kwamen om het leven, en de gehele voorraad koren, hooi en stro werd tot as verbrand, "ende daer door Jan Poor tot die uijterste armoedt gebracht".

Ditmaal werd ze gepakt en berecht. Op 4 april 1680 werd zij in 's-Heerenberg op de brandstapel gezet. Ze liet voor de gelegenheid nog oude kleren brengen. Omdat ze berouw toonde voor haar daden werd ze voor het aansteken van de brandstapel door verwurging om het leven gebracht. De weduwnaar Jan Gijbinck en zijn nog minderjarige kinderen vertrokken niet lang hierna uit Azewijn.

Bewoningsgeschiedenis

  • 1625, Het goed was eigendom van Landschrijver Grootvoorn.
  • 1647-1650, Joannis (Jan) van Huet, trouwde Elisabeth. Na hun overlijden ging de boerderij over op hun dochter en schoonzoon. Zij pachtten de woning en het goed van eigenaar Landschrijver Kreuwell.
  • 16641681, Jan Gijbinck, trouwde Derriske van Huet.
  • 16891700, Jan Simons
  • 17011716, Jan te Boekhorst
  • 17171722, Hermen Kaal
  • 17231727, Jan Hendrik Vierboom, trouwde in 1721 Toontje van Peelt.
  • 17281752, Jan te Boekhorst, trouwde eerst Dersken van Ree, na haar overlijden trouwde hij in 1728 Margaretha Kersten.
  • 17531793, Bernt te Boekhorst, bezat 9 koeien, waarvan er 8 stierven tijdens de runderpest van 17681769.
  • 18121829, Jan te Boekhorst. In juni 1828 bood hij het Vuurdensgoed te koop aan, inclusief woning, achterhuis, schuur, tuin, boomgaard en bouw- en weiland, tezamen ruim 21 hectare groot.
  • 1829–1859, Gerrit Berntsen. Hij kwam van de Azewijnse boerderij het Wobbengoed, die voor de ruilverkaveling op het adres Uiverstraat 1 stond. In 1829 kocht hij het Vuurdensgoed. Hij trouwde Joanna Geenen uit Zevenaar.
  • 1859–1893, Bernardus Reinardus Ludovicus Berntsen, trouwde Wilhelmina Bernardina Hoegen uit Klein-Azewijn.
  • 1893–1910, Wilhelmina Bernardina Hoegen, zij overleed in 1919.
  • 1910–1946, Hendrikus Theodorus (Hent) Berntsen, trouwde in 1910 Carolina Catharina Brands uit Zevenaar.
  • vanaf 1946, Gebroeders Reind en Albart Berntsen

Kaart

Bezig met het laden van de kaart...

Bronnen

  • Kohieren van de pondschatting en de verponding voor het kerspel Zeddam, ca. 1625-1752. 10 delen, Stadsbestuur Bergh
  • Bevolkingsregister Bergh 1829-1940, Gemeentebestuur Bergh
  • Arnhemse Courant van 13 mei 1828 op Delpher
  • Rechterlijk Archief van het Landdrostambt Bergh, 1488-1811. Proces tegen Derrisken van Huet, vrouw van Jan Gijbinck, 1680.
  • Tachtig criminele processen te Bergh door John Thoben
  • Azem van 't Hof tot heden, 2003