Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Hueskes, Johannes Hendrikus
Jan Hueskes uit 's-Heerenberg werd geboren op 9 oktober 1929 als zoon van Antonius Johannes Severius Hueskes en ... .
Nederlands-Indië
Fuselier bij 7 GRPI
Jan was fuselier bij het 7e bataljon van het Garderegiment Fuseliers Prinses Irene (7 GRPI, tactisch nummer 434 BI), een onderdeel van de H-Brigade. Dit was het laatste infanteriebataljon dat naar Indië werd gezonden. Het vertrok op 28 september 1949 met de Volendam uit Nederland, en kwam op 27 oktober (slechts twee maanden voor de soevereiniteitsoverdracht!) aan in Padang op Midden-Sumatra.
Op Sumatra heeft 434 BI slechts korte tijd doorgebracht, want half december 1949 werd het verplaatst naar Nieuw-Guinea, dat bij de soevereiniteitsoverdracht op 27 december 1949 een Nederlandse kolonie zou blijven. Hier was slechts één KNIL-compagnie gelegerd, die 434 BI nu moest gaan versterken. Hiermee is 434 BI het enige bataljon dienstplichtigen van de landmacht geweest, dat in zijn geheel op Nieuw-Guinea heeft gelegen. In het uitgestrekte gebied werden zeer verspreid posten ingericht, zodat het bataljon volledig uit elkaar gerukt werd. In augustus 1950 ging het bataljon met de Waterman naar Soerabaja, waarna het over heel Oost-Java verspreid raakte.
De repatriëring van 434 BI is moeizaam verlopen. In kleine detachementen is het bataljon tussen januari en april 1951 naar Nederland teruggekeerd.
Andere Fuseliers
Fuseliers bij 7 GRPI:
- Bennie te Boekhorst uit 's-Heerenberg
- Benny Elshof uit Kilder
- Wim Jansen uit 's-Heerenberg
- Gerrit Kroes uit Zeddam
- Paul Medze uit 's-Heerenberg
Fuseliers bij andere bataljons van het Garderegiment Fuseliers Prinses Irene:
- Herman Migchelbrink uit Zeddam (6 GRPI)
- Wim van Uum uit Zeddam (5 GRPI)
- Nol Zweden uit Beek (5 GRPI)
Zie ook
- Neptunus-diploma (heenreis)
- Ereteken voor Orde en Vrede
- Scheepskisten (terugreis)
- Demobilisatie-insigne (afzwaaien)
- Oorkonde Prins Bernhard
Bronnen
- Bevolkingsregister Bergh
- "Dagboek van een hospik" van Wim Velthausz, 's-Heerenberg 2002, blz. 103