Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Stevensweert: verschil tussen versies
(Aanvulling ON 108) |
k (interne link) |
||
(Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 1: | Regel 1: | ||
+ | [[Bestand:Stevensweert - Ohé en Laak.jpg|thumb|right|400px|<center>'''Het Eiland in de Maas met Stevensweert en<br> Ohé en Laak op een hedendaagse kaart</center>]] | ||
'''Stevensweert''' is tegenwoordig een plaats aan de Maas in de provincie Limburg, niet ver van Roermond. Vroeger was het een heerlijkheid in [[Opper-Gelre]]. | '''Stevensweert''' is tegenwoordig een plaats aan de Maas in de provincie Limburg, niet ver van Roermond. Vroeger was het een heerlijkheid in [[Opper-Gelre]]. | ||
− | Stevensweert ligt ook nu nog zeer strategisch op een eiland tussen twee armen van de Maas. Het wordt daarom ook wel het Eiland in de Maas genoemd. Het vormde de waardgronden die behoorden aan de kerk op het eiland, gewijd aan Sint Stephanus – vandaar de naam Stevensweert. | + | Stevensweert ligt ook nu nog zeer strategisch op een eiland tussen twee armen van de Maas. Het wordt daarom ook wel het Eiland in de Maas genoemd. Het vormde de waardgronden die behoorden aan de kerk op het eiland, gewijd aan Sint Stephanus – vandaar de naam Stevensweert. Op het Eiland in de Maas liggen verder nog de dorpen Ohé en Laak. Zij vormden ooit een aparte heerlijkheid, die is opgegaan in de heerlijkheid Stevensweert. De westelijke Maastak volgt nu de hoofdstroom van de rivier en ligt op de grens met België. Langs de oostelijke tak, die nu de Oude Maas heet, zijn door grindwinning grote waterplassen ontstaan. Ten westen, in België, is hetzelfde gebeurd. |
In [[1503]] kwam de heerlijkheid door het huwelijk van [[Willem III van den Bergh]] en Anna van Egmont in het bezit van de [[Graven Van den Bergh|graven van Bergh]]. Ook [[Boxmeer]], [[Sambeek]], [[Spalbeek]] en [[Ochten]] werden door dit huwelijk Berghs bezit. [[Kasteel Vrienenstein]] en enkele [[Heerlijke rechten|rechten]] in [[Driel]] volgden in [[1522]]. | In [[1503]] kwam de heerlijkheid door het huwelijk van [[Willem III van den Bergh]] en Anna van Egmont in het bezit van de [[Graven Van den Bergh|graven van Bergh]]. Ook [[Boxmeer]], [[Sambeek]], [[Spalbeek]] en [[Ochten]] werden door dit huwelijk Berghs bezit. [[Kasteel Vrienenstein]] en enkele [[Heerlijke rechten|rechten]] in [[Driel]] volgden in [[1522]]. | ||
Regel 19: | Regel 20: | ||
Bij de Vrede van Münster werd Stevensweert toegewezen aan de Spanjaarden, die de Zuidelijke Nederlanden bleven besturen. Er werd een Spaanse garnizoen gelegerd, dat pas in [[1702]] door Staatse troepen kon worden verdreven. Bij de belegering werd het Kasteel Stevensweert zwaar beschadigd en raakte daarna in verval. | Bij de Vrede van Münster werd Stevensweert toegewezen aan de Spanjaarden, die de Zuidelijke Nederlanden bleven besturen. Er werd een Spaanse garnizoen gelegerd, dat pas in [[1702]] door Staatse troepen kon worden verdreven. Bij de belegering werd het Kasteel Stevensweert zwaar beschadigd en raakte daarna in verval. | ||
− | Ondanks de Spaanse bezetting van de vesting Stevensweert vanaf 1633 bleef graaf Herman Frederik zich tot zijn overlijden in [[1669]] heer van Stevensweert noemen. Ten zuiden van de vesting, maar binnen de heerlijkheid, kon hij zelfs het [[Kasteel Walburg]] laten bouwen. Hij heeft het mogelijk vernoemd naar zijn vrouw Josina Walburgis van Löwenstein-Wertheim-Rochefort. Het is inmiddels ook verdwenen, maar de weg langs het grondstuk waar het gestaan heeft, heet nu Weg naar Walborgh. | + | Ondanks de Spaanse bezetting van de vesting Stevensweert vanaf 1633 bleef graaf Herman Frederik zich tot zijn overlijden in [[1669]] heer van Stevensweert noemen. Ten zuiden van de vesting, maar binnen de heerlijkheid, kon hij zelfs het [[Kasteel Walburg]] laten bouwen. Hij heeft het mogelijk vernoemd naar zijn vrouw [[Josina Judoca Walburgis van Löwenstein-Wertheim-Rochefort]]. Het is inmiddels ook verdwenen, maar de weg langs het grondstuk waar het gestaan heeft, heet nu Weg naar Walborgh. |
Hoewel zijn weduwe tot haar dood in [[1683]] het vruchtgebruik bleef houden (wat met de Spaanse bezetting wellicht niets betekende), had Herman Frederik bij testament laten vastleggen dat de heerlijkheid na zijn dood moest overgaan op de kinderen van zijn zus [[Anna Maria Elisabeth van den Bergh|Anna Maria]] (overleden in [[1653]]). Haar nazaten hebben Stevensweert in [[1719]] verkocht aan Reynart Vincent, graaf van Hompesch. Zo verdween Stevensweert na ruim twee eeuwen uit het bezit van de graven van Bergh. | Hoewel zijn weduwe tot haar dood in [[1683]] het vruchtgebruik bleef houden (wat met de Spaanse bezetting wellicht niets betekende), had Herman Frederik bij testament laten vastleggen dat de heerlijkheid na zijn dood moest overgaan op de kinderen van zijn zus [[Anna Maria Elisabeth van den Bergh|Anna Maria]] (overleden in [[1653]]). Haar nazaten hebben Stevensweert in [[1719]] verkocht aan Reynart Vincent, graaf van Hompesch. Zo verdween Stevensweert na ruim twee eeuwen uit het bezit van de graven van Bergh. |
Huidige versie van 26 mrt 2021 om 15:15
Stevensweert is tegenwoordig een plaats aan de Maas in de provincie Limburg, niet ver van Roermond. Vroeger was het een heerlijkheid in Opper-Gelre.
Stevensweert ligt ook nu nog zeer strategisch op een eiland tussen twee armen van de Maas. Het wordt daarom ook wel het Eiland in de Maas genoemd. Het vormde de waardgronden die behoorden aan de kerk op het eiland, gewijd aan Sint Stephanus – vandaar de naam Stevensweert. Op het Eiland in de Maas liggen verder nog de dorpen Ohé en Laak. Zij vormden ooit een aparte heerlijkheid, die is opgegaan in de heerlijkheid Stevensweert. De westelijke Maastak volgt nu de hoofdstroom van de rivier en ligt op de grens met België. Langs de oostelijke tak, die nu de Oude Maas heet, zijn door grindwinning grote waterplassen ontstaan. Ten westen, in België, is hetzelfde gebeurd.
In 1503 kwam de heerlijkheid door het huwelijk van Willem III van den Bergh en Anna van Egmont in het bezit van de graven van Bergh. Ook Boxmeer, Sambeek, Spalbeek en Ochten werden door dit huwelijk Berghs bezit. Kasteel Vrienenstein en enkele rechten in Driel volgden in 1522.
Graaf Oswald II, de opvolger van graaf Willem III, liet het Kasteel Stevensweert in de jaren 1538–1542 uitbreiden met een groot rondeel. Dit was een halfrond uitbouw van de stadsmuur waar kanonnen op geplaatst konden worden, die zo een zijdelings schootsveld hadden. Met dit rondeel beheerste hij de Maas en kon hij van passerende schepen tol heffen.
Na graaf Oswalds dood in 1546 erfde zijn zoon Willem IV Stevensweert, maar in 1568 werd de heerlijkheid overgedragen aan diens jongere broer Frederik. Deze stichtte er in 1580 een filiaal van de Hedelse munt, waar zijn munten tot 1582 werden geslagen.
Graaf Frederik overleed in 1592 kinderloos. Hierdoor kwam Stevensweert terug bij de kinderen van Willem IV (die in 1586 was overleden) en werd in 1598 toegewezen aan diens jongste zoon Hendrik. Onder graaf Hendriks bestuur zijn er van 1616 tot 1626 weer munten geslagen, waarna zijn buitenechtelijke zoon Herman Frederik de muntslag nog tot 1632 heeft voortgezet.
In 1630 overleed Anna van den Bergh op kasteel Annendaal, dat even ten oosten van Stevensweert in Opper-Gelre lag. Zij werd begraven in Stevensweert. Van haar wordt vermoed dat zij de moeder is van (een van) graaf Hendriks buitenechtelijke kinderen. Charlotte van den Bergh, die ook als mogelijke moeder wordt aangemerkt, overleed het jaar daarop, eveneens op kasteel Annendaal, maar zij werd voor zover bekend niet in Stevensweert begraven. Heeft graaf Herman Frederik hiermee laten doorschemeren dat van deze twee gezusters gravin Anna zijn moeder was?
Graaf Hendrik vocht in de Tachtigjarige Oorlog aan de kant van de Spanjaarden. Al in 1584 – hij was toen hij nog maar goed tien jaar oud – was zijn vader van de kant van diens zwager Willem van Oranje (de Staatsen) overgelopen naar de Spanjaarden. In 1632 deed graaf Hendrik het tegenovergestelde: hij liep over naar de Staatsen. Hierbij droeg hij het beheer over Stevensweert over aan zijn zoon Herman Frederik. Weliswaar had graaf Hendrik de heerlijkheid al in 1618 aan zijn zoon afgestaan, maar daarbij het beheer vooralsnog in eigen hand gehouden.
In 1633 veroverden de Spanjaarden Stevensweert, waarna de Spaanse veldheer Francisco de Moncada het oorspronkelijke dorp liet ombouwen tot vestingstad. Het huidige stervormige stratenpatroon stamt uit die tijd.
Bij de Vrede van Münster werd Stevensweert toegewezen aan de Spanjaarden, die de Zuidelijke Nederlanden bleven besturen. Er werd een Spaanse garnizoen gelegerd, dat pas in 1702 door Staatse troepen kon worden verdreven. Bij de belegering werd het Kasteel Stevensweert zwaar beschadigd en raakte daarna in verval.
Ondanks de Spaanse bezetting van de vesting Stevensweert vanaf 1633 bleef graaf Herman Frederik zich tot zijn overlijden in 1669 heer van Stevensweert noemen. Ten zuiden van de vesting, maar binnen de heerlijkheid, kon hij zelfs het Kasteel Walburg laten bouwen. Hij heeft het mogelijk vernoemd naar zijn vrouw Josina Judoca Walburgis van Löwenstein-Wertheim-Rochefort. Het is inmiddels ook verdwenen, maar de weg langs het grondstuk waar het gestaan heeft, heet nu Weg naar Walborgh.
Hoewel zijn weduwe tot haar dood in 1683 het vruchtgebruik bleef houden (wat met de Spaanse bezetting wellicht niets betekende), had Herman Frederik bij testament laten vastleggen dat de heerlijkheid na zijn dood moest overgaan op de kinderen van zijn zus Anna Maria (overleden in 1653). Haar nazaten hebben Stevensweert in 1719 verkocht aan Reynart Vincent, graaf van Hompesch. Zo verdween Stevensweert na ruim twee eeuwen uit het bezit van de graven van Bergh.
Bronnen
- ld Ni-js nr. 22, blz. 8, en nr. 108, blz. 14–17
- Het archief van het Huis Bergh (boek), blz. 172, 173–175
- Archief Huis Bergh, inventarisnummers 444, 894, 1632, 1633, 6916 en 6917, briefregest 6691
- Muntheer en muntmeester. Een studie over het Berghse muntprivilege in de tweede helft der zestiende eeuw, F.B.M. Tangelder, proefschrift KU Nijmegen (1955), blz. 50, 68–70