Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Gelderland

Uit Berghapedia
Versie door Verre neef (overleg | bijdragen) op 22 jul 2018 om 13:33 (Het hertogdom Gelre: adela)
Ga naar: navigatie, zoeken
Het hertogdom Gelre en het graafschap Zutphen omstreeks 1350. In het graafschap Zutphen zijn de gebieden met een hoge mate van soevereiniteit gearceerd aangegeven, waaronder de bannerij van 's-Heerenberg.
Gelderland in het begin van de vorige eeuw. De kaart toont hoofdwegen (zoals de weg van Zutphen naar Emmerik), keiwegen en grind- of macadamwegen. Macadam was een mengsel van verschillende soorten grind. Verder zijn spoor- en tramwegen, rivieren, kanalen, sluizen en heuvels aangegeven. Het IJsselmeer, zonder polders, heet nog Zuiderzee.
Klik op de kaarten voor een vergroting.

Het hertogdom Gelre

De voormalige gemeente Bergh ligt in Gelderland. Deze provincie is ontstaan uit het noordelijke deel van het hertogdom Gelre. Het zuidelijk deel, Opper-Gelre, lag aan weerzijden van de Maas in het huidige Noord-Limburg en over de grens in Noord-Rijnland-Westfalen. Daar, zo'n veertig kilometer ten zuiden van Kleef, ligt Geldern, waar in 1046 het graafschap Gelre is ontstaan. De eerste graaf van Gelre, Gerard I, was getrouwd met Bava van Hamaland, een kleindochter van Adela van Hamaland.

Het graafschap Gelre breidde zijn grondgebied steeds verder uit. De laatste grote aanwinst kwam rond 1138 toen graaf Hendrik I het graafschap Zutphen erfde van zijn moeder Ermgard van Zutphen. De twee graafschappen werden in een politieke unie verenigd, maar bleven elk zelfstandig. Toen Gelre in 1339 tot hertogdom werd verheven, bleef Zutphen een graafschap. De officiële naam werd toen hertogdom Gelre en graafschap Zutphen. Pas in 1591 werd het graafschap Zutphen volledig opgenomen in het hertogdom Gelre. Dit bestond toen uit vier kwartieren:

  • Opper-Gelre (of: Overkwartier van Gelre)
  • Kwartier van Nijmegen
  • Kwartier van Veluwe (of: kwartier van Arnhem)
  • Kwartier van Zutphen (graafschap Zutphen)

Bij de dood van Karel van Gelre in 1538 was er geen directe opvolger en kwam Gelre in handen van de hertog van Kleef. Die moest Gelre volgens het Verdrag van Venlo van 7 september 1543 afstaan aan keizer Karel V, die het toevoegde aan zijn Nederlandse bezittingen. Dit was het einde van de zelfstandigheid van het hertogdom Gelre.

Van departement naar provincie

In de Tachtigjarige Oorlog gingen met de Unie van Utrecht (1579) de drie noordelijke kwartieren deel uitmaken van de Republiek der Verenigde Nederlanden, terwijl het Overkwartier Spaans bleef. Hiermee werd de toekomstige provincie Gelderland met de hoofdstad Arnhem op de kaart gezet. De zuidgrens is in de loop der tijd een aantal keren verlegd van de Maas naar de Waal en weer terug, maar de grenzen van Gelderland zijn sinds de vijftiende eeuw niet veel meer veranderd.

Alleen van 1798 tot 1802, ten tijde van de Bataafse Republiek (17951806), was de indeling van ons land onherkenbaar anders. Gelderland, met uitzondering van de Noord-Veluwe, was toen verenigd met Utrecht en een klein deel van Holland in het Departement van de Rijn. De Waal was toen de zuidgrens.

Al in 1802 werd deze indeling teruggedraaid, waarbij het Departement Gelderland ontstond, met weer de Maas als zuidgrens. In het Koninkrijk Holland (1806–1810) bleef dit bestaan. Na de annexatie door Frankrijk in 1810 werd Gelderland het Departement Boven-IJssel (Frans: département de l'Yssel-Supérieur), dat weer de Waal als zuidgrens had. Nadat Nederland in 1813 zijn zelfstandigheid had teruggekregen, werd het departement volgens de grondwet van 29 maart 1814 omgevormd tot de provincie Gelderland. Hieraan werden in 1816 de Kleefse enclaves toegevoegd in ruil voor de Vier Heezen en Schenkenschanz, die Pruisisch werden. Op 9 juli 1819 werd nog het Betuwse land tussen de Waal en de Maas overgeheveld van Noord-Brabant naar Gelderland. In dit gebied ligt de voormalige heerlijkheid Hedel, die ooit Berghse bezit was.

Bergh en Gelre

De heer van Bergh was een van de meest vooraanstaande leenmannen van de hertog van Gelre. Dit blijkt onder meer uit het middeleeuwse Wapenboek Gelre, waarin het wapen van Bergh als eerste naast dat van Gelre staat afgebeeld.

Deze positie gaat terug op de verklaring die heer Frederik II op 2 november 1318 ontving van graaf Reinoud II van Gelre dat het Berghse territorium onschendbaar was. Op 22 februari 1319 werd dit nader gespecificeerd in bewoordingen die door 17-eeuwse Berghse juristen vaak zijn aangehaald. Het zijn de openingswoorden van hoofdstuk 11 van Bergh; Heren, Land en Volk:

Bergh is een zelfstandige souvereine staat, die zich slechts door een vrijwillig aangegane en een op elk ogenblik opzegbare conventie onder het protectoraat van Gelre heeft gesteld, omdat het vanwege zijn geringheid een beschermer nodig heeft.

Mogelijk gaat de reden voor Berghs vooraanstaande positie nog verder terug in de tijd. Constantinus de Monte, de eerste heer van Bergh, had zijn territoir gekregen uit de erfenis van graaf Otto II van Zutphen. Dit zou hem en zijn opvolgers op gelijke voet stellen met de graaf van Zutphen.

Gelre werd in de loop van zijn bestaan geregeerd door graven en daarna hertogen uit een aantal opeenvolgende dynastieën. Dit ging niet altijd zonder moeilijkheden. Hertog Arnold en zijn zoon Adolf uit het Huis Egmont raakten rond 1465 in een opvolgingsstrijd verwikkeld, waarin heer Willem II hertog Arnold steunde, terwijl zijn zoon Oswald de kant van hertog Adolf koos.

Commissaris van de Koning

De hoogste ambtenaar in de provincie is de commissaris van de Koning. Tot 1850 was de benaming gouverneur, daarna commissaris des Konings, en van 1890 tot 2013 commissaris der Koningin. In de Tweede Wereldoorlog vervingen de Duitse bezetters de meeste commissarissen der Koningin door NSB'ers, die als commissaris der Provincie werden aangeduid. De Gelderse commissaris der Koningin mr. Schelto baron van Heemstra is echter als commissaris der Provincie op zijn post gebleven, hoewel hij geen NSB'er was. In de jaren tachtig werd het gangbaar te spreken van de commissaris van de Koningin. Sinds de troonsbestijging van koning Willem Alexander in 2013 wordt de benaming commissaris van de Koning gebruikt.

De commissaris van de Koning legt als onderdeel van zijn taken onder meer bezoeken af aan de gemeenten in zijn provincie.

Bronnen