Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Kroes, Gerhardus Bernardus: verschil tussen versies
k (→Bronnen: cat) |
k (link Wim Jansen) |
||
Regel 28: | Regel 28: | ||
<br/>Sergeant: "Ik kom uit [[Braamt]]." | <br/>Sergeant: "Ik kom uit [[Braamt]]." | ||
<br/>Gerrit: "En ik kom uit Zeddam, ik ben Gerrit Kroes." | <br/>Gerrit: "En ik kom uit Zeddam, ik ben Gerrit Kroes." | ||
− | <br/>Sergeant: "En ik ben [[Jansen, Wilhelmus Bernardus ( | + | <br/>Sergeant: "En ik ben [[Jansen, Wilhelmus Bernardus (1923-1976)|Wim Jansen]] uit Braamt. |
<br/>Gerrit: "Oh, dan bunt gi'j van [[Suukerpap Jansen|''Suukerpap'']]" | <br/>Gerrit: "Oh, dan bunt gi'j van [[Suukerpap Jansen|''Suukerpap'']]" | ||
<br>Hierop begonnen ze allebei te lachen. Suukerpap was een [[bijnaam]] in Braamt. Hierna was het ijs gebroken en kon Gerrit alleen nog mooie baantjes voor zijn Suukerpap doen. | <br>Hierop begonnen ze allebei te lachen. Suukerpap was een [[bijnaam]] in Braamt. Hierna was het ijs gebroken en kon Gerrit alleen nog mooie baantjes voor zijn Suukerpap doen. |
Huidige versie van 7 dec 2024 om 11:52
Gerrit Kroes werd op 2 januari 1929 geboren in Vinkwijk als zoon van Gradus Kroes en Elisabeth Theodora Jösterfeld. Nog in zijn geboortejaar verhuisden zijn ouders met Gerrit en zijn oudere broer Hein naar de Bovendorpsstraat in Zeddam. Ze betrokken daar een woning naast de fabriek van Pas. In 1938 verhuisden zijn naar de toenmalige Huttenstraat, tegenwoordig de Ettemastraat.
Inhoud
Tweede Wereldoorlog
In de oorlog was Gerrit vanaf 1942 drie jaar lang melkventer in Zeddam onder de hoede van Johan Mulling. Het moeilijkst vond hij het om goede melk en roomboter te moeten afleveren bij hotel Van Duinen, want dat was in handen van NSB'ers. Het personeel liep er rond met het NSB-embleem op de schort en er kwamen onder meer groepen van de Hitler-Jugend logeren. Desondanks kon Gerrit goed overweg met de bazin. Zij liet hem weleens 's middags terugkomen, en dan kreeg hij iets te eten mee voor thuis; groente of soep. Hij was daar blij mee, maar voelde zich wel opgelaten.
Voor de melkfabriek heeft hij ook andere klussen gedaan, zoals het aanvoeren van boomstompen. Die installaties van de melkfabriek werden gestookt op kolen, maar ook op hout. Toen er op de Keulse Slagen bomen gekapt werden, kwamen de stompen goed van pas. Ze waren loodzwaar om te tillen, maar zowel het op- als het afladen werd door anderen gedaan. Gerrit hoefde alleen maar voerman te zijn.
Gerrits broer Hein werkte in de oorlog bij Von Gimborn in Emmerik. Toen eind 1944 de geallieerden dichterbij kwamen, bracht Hein een jongen mee naar huis die ook bij Von Gimborn werkte. Later kwamen ook zijn vader en zus als evacués bij Kroes in huis.
Toen Bergh vanaf februari 1945 in de frontlinie heeft Gerrit, zoals alle inwoners van Bergh, menige nacht in schuilkelders doorgebracht. Bij hem thuis was geen schuilkelder, zodat hij bij verschillende buren veiligheid heeft moeten zoeken.
Op de ochtend van de bevrijding, 1 april, heeft hij in de Bovendorpsstraat de lichamen zien liggen van de Duitse militairen die daar 's nachts waren gesneuveld. De dagen na de bevrijding zijn in een roes voorbijgegaan.
Nederlands-Indië
Fuselier bij 7 GRPI
Gerrit (legernummer 29.01.02.080) is op 2 maart 1949 als dienstplichtig soldaat opgekomen in Vught. Via Westerbork en Arnhem kwam hij terecht bij het 7e bataljon van het Garderegiment Fuseliers Prinses Irene (7 GRPI, tactisch nummer 434 BI), een onderdeel van de H-Brigade. Dit was het laatste infanteriebataljon dat naar Indië werd gezonden. Het vertrok op 28 september 1949 met de Volendam uit Nederland, en kwam op 27 oktober (slechts twee maanden voor de soevereiniteitsoverdracht!) aan in Padang op Midden-Sumatra.
Op Sumatra heeft 434 BI slechts korte tijd doorgebracht, want half december 1949 werd het verplaatst naar Nieuw-Guinea, dat bij de soevereiniteitsoverdracht op 27 december 1949 een Nederlandse kolonie zou blijven. Hier was slechts één KNIL-compagnie gelegerd, die 434 BI nu moest gaan versterken. Hiermee is 434 BI het enige bataljon dienstplichtigen van de landmacht geweest, dat in zijn geheel op Nieuw-Guinea heeft gelegen. In het uitgestrekte gebied werden zeer verspreid posten ingericht, zodat het bataljon volledig uit elkaar gerukt werd. Gerrit behoorde tot de 1e compagnie, die onder andere in Biak heeft gelegen. In augustus 1950 ging het bataljon met de Waterman naar Soerabaja, waarna het over heel Oost-Java verspreid raakte.
De repatriëring van 434 BI is moeizaam verlopen. In kleine detachementen is het bataljon tussen januari en april 1951 naar Nederland teruggekeerd. Gerrit was dan ook een van de allerlaatste Berghse dienstplichtigen die uit Indonesië, zoals het land toen al heette, terugkeerde. Gerrits detachement was op 10 januari 1951 aan de beurt, en vertrok die dag aan boord van de Ormonde uit Jakarta. De aankomst in Rotterdam was op 4 februari.
De laatste paar weken van de vaart heeft Gerrit dienst gedaan in de onderofficiersmess van de Ormonde. Hier werd hij door een sergeant aangesproken en ontwikkelde zich het volgende gesprek.
Sergeant: "Waar kom jij vandaan?"
Gerrit: "Waar ik vandaan kom, weet jij toch niet te liggen."
Sergeant: "Ik kom uit Braamt."
Gerrit: "En ik kom uit Zeddam, ik ben Gerrit Kroes."
Sergeant: "En ik ben Wim Jansen uit Braamt.
Gerrit: "Oh, dan bunt gi'j van Suukerpap"
Hierop begonnen ze allebei te lachen. Suukerpap was een bijnaam in Braamt. Hierna was het ijs gebroken en kon Gerrit alleen nog mooie baantjes voor zijn Suukerpap doen.
Andere Fuseliers
Fuseliers bij 7 GRPI:
- Bennie te Boekhorst uit 's-Heerenberg
- Benny Elshof uit Kilder
- Jan Hueskes uit 's-Heerenberg
- Wim Jansen uit 's-Heerenberg
- Paul Medze uit 's-Heerenberg
Fuseliers bij andere bataljons van het Garderegiment Fuseliers Prinses Irene:
- Herman Migchelbrink uit Zeddam (6 GRPI)
- Wim van Uum uit Zeddam (5 GRPI)
- Nol Zweden uit Beek (5 GRPI)
Zie ook
- Neptunus-diploma (heenreis)
- Ereteken voor Orde en Vrede
- Scheepskisten (terugreis)
- Demobilisatie-insigne (afzwaaien)
- Oorkonde Prins Bernhard
Zijn verdere leven
Na de oorlog heeft Gerrit, zijn diensttijd meegeteld, zeventien jaar gewerkt op de lederwarenfabriek van Van de Sandt in Doetinchem. Hij trouwde met Elisabeth Johanna (Berta) Elshof uit Kilder, waar hij nog steeds samen met haar woont.
Na zijn pensioen heeft hij samen met zijn vrouw, zijn zwager Jo Berendsen en diens vrouw, en nog een echtpaar een reis van meerdere weken naar Indonesië gemaakt.
Bij de onthulling van de gedenksteen voor Willie Bleekman op 1 mei 1994 heeft hij samen met Benny Elshof een krans gelegd namens de Oud-Indiëgangers.
Gerrits vrouw Berta Elshof is een zus van Benny Elshof en van Joke Elshof, de vrouw van voornoemde Jo Berendsen.