Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Onderscheidingen
Inwoners uit de gemeente Bergh die een onderscheiding hebben ontvangen:
Inhoud
- 1 Berghse onderscheidingen
- 2 Nederlandse onderscheidingen
- 2.1 Huidige
- 2.1.1 Militaire Willemsorde (1815)
- 2.1.2 Orde van de Nederlandse Leeuw (1815)
- 2.1.3 Onderscheidingsteken voor Langdurige, Eerlijke en Trouwe Dienst (1825)
- 2.1.4 Officierskruis (1844)
- 2.1.5 Orde van Oranje-Nassau (1892)
- 2.1.6 Oorlogsherinneringskruis (1944)
- 2.1.7 Bronzen Leeuw (1944)
- 2.1.8 Ereteken voor Orde en Vrede (1947)
- 2.1.9 Mobilisatie-Oorlogskruis (1948)
- 2.1.10 Kruis voor Recht en Vrijheid (1951)
- 2.1.11 Nieuw-Guinea Herinneringskruis (1962)
- 2.1.12 Verzetsherdenkingskruis (1980)
- 2.1.13 Draaginsigne Gewonden (1990)
- 2.2 Voormalige
- 2.1 Huidige
- 3 Buitenlandse onderscheidingen
- 4 Externe links
Berghse onderscheidingen
Eremedaille der gemeente Bergh
Berghse Kei
Pavert van 't Jaor
Leertrekkersleer
Nederlandse onderscheidingen
Huidige
Deze Nederlandse onderscheidingen staan vermeld in volgorde van het jaar van instelling.
Militaire Willemsorde (1815)
De Militaire Willemsorde is de hoogste Nederlandse dapperheidsonderscheiding. Hij werd in april 1815 ingesteld als erkenning voor uitstekende daden van "moed, beleid en trouw". De MWO was oorspronkelijk uitsluitend bedoeld voor militairen, maar kan sinds 1940 ook burgers worden toegekend. Hij bestaat uit vier graden: Ridder Grootkruis, Commandeur, Ridder derde klasse en Ridder vierde klasse.
- Christiaan de Galliéris
- Nicolaas Cornelis de Galliéris
- Engelbertus van Halteren
- Ludovicus Johannes Fredericus Bernardus Hamers
- Karel Rietveld
- Johannes Oostendorp
- François Vincent Henri Antoine ridder de Stuers
- Hubert Joseph Jean Lambert ridder de Stuers
- Carel Hendrik Ver Huell
Orde van de Nederlandse Leeuw (1815)
De Orde van de Nederlandse Leeuw werd op 29 september 1815 door Koning Willem I ingesteld. Hij is daarmee de oudste en tevens hoogste Nederlandse civiele orde. De orde kent drie graden: Ridder Grootkruis, Commandeur en Ridder.
- Nicolaas Cornelis de Galliéris
- Jan Herman van Heek
- C.A.L. baron van Hugenpoth tot Aerdt
- Carel van Nispen
- Lodewijk van Nispen
- Gneomar Adalbert van Nispen
- Alphonse de Stuers
- Hubert de Stuers
- Matthias Terwindt
Onderscheidingsteken voor Langdurige, Eerlijke en Trouwe Dienst (1825)
In 1825 stelde koning Willem I het Onderscheidingsteken voor Langdurige, Eerlijke en Trouwe Dienst in voor militairen beneden de rang van officier. Na twaalf jaar dienst in het Nederlandse leger (maar niet de marine) kregen zij het onderscheidingsteken toegekend in brons (Bronzen Medaille) en na 24 jaar in zilver (Zilveren Medaille). In 1859 werd ook een Gouden Medaille ingesteld voor 36 jaar dienst.
Voor soldaten en onderofficieren van het KNIL golden tropenjaren dubbel, zodat zij de Bronzen Medaille na zes jaar en de Zilveren Medaille na twaalf jaar kregen uitgereikt. De Gouden Medaille werd echter niet na achttien, maar pas na 25 tropenjaren uitgereikt.
- Joep van Halteren (zilveren medaille)
- Bernardus Terhorst (zilveren medaille)
Officierskruis (1844)
Het Officierskruis werd in 1844 ingesteld door koning Willem II voor eervolle langdurige Nederlandse effective dienst als officier. Sinds 1913 hebben ook reserveofficieren recht op deze onderscheiding.
Het Officierskruis wordt automatisch uitgereikt zodra een officier vijftien dienstjaren heeft voltooid. Het kruis is dan voorzien van het Romeinse cijfer XV. Na het voltooien van elke volgende periode van vijf jaar, mag de officier het cijfer op eigen kosten laten aanpassen.
Orde van Oranje-Nassau (1892)
De versierselen van de Orde van Oranje-Nassau (een orde van verdienste ingesteld in 1892) worden verleend aan personen die zich bijzonder verdienstelijk hebben gemaakt voor de samenleving. Tot 1996 bestond de Orde uit vijf graden: Ridder Grootkruis, Grootofficier, Commandeur, Officier en Ridder. De Eremedailles in goud, zilver en brons (waarvan de dragers niet werden opgenomen in de Orde) worden sinds dat jaar niet meer uitgereikt, maar de Orde werd uitgebreid met een zesde graad: Lid in de Orde van Oranje-Nassau.
Oorlogsherinneringskruis (1944)
Het Oorlogsherinneringskruis werd op 16 maart 1944 ingesteld als onderscheiding voor militairen, vaarplichtigen en vliegtuigbemanningen van de burgerluchtvaart die vanaf 10 mei 1940 ten minste zes maanden in hun functie hadden deelgenomen aan de strijd tegen Duitsland, Japan en hun bondgenoten. Dit mocht zowel onder Nederlands als geallieerd commando of beheer zijn geweest.
Het kruis kon toegekend worden voor algemene en voor bijzondere krijgsverrichtingen. In 1948 werd het Besluit tot instelling van het Oorlogsherinneringskruis herzien, en daarmee ook de lijst van krijgsverrichtingen. Een van de bijzondere krijgsverrichtingen was en bleef "Nederland Mei 1940" .
Wie niet voor het Oorlogsherinneringskruis in aanmerking kwam, kon het Mobilisatie-Oorlogskruis aanvragen.
Bronzen Leeuw (1944)
De Bronzen Leeuw is een dapperheidsonderscheiding die op 30 maart 1944 werd ingesteld voor militairen die zich ten behoeve van de Nederlandse Staat in de strijd tegenover de vijand door het bedrijven van bijzonder moedige en beleidvolle daden hebben onderscheiden. Behalve Nederlandse militairen kunnen ook Nederlandse burgers en buitenlanders de Bronzen Leeuw ontvangen.
Ereteken voor Orde en Vrede (1947)
Het Ereteken voor Orde en Vrede is een onderscheiding voor militairen die in Nederlands-Indië hebben gediend. Het wordt nader beschreven op een eigen pagina.
Het is toegekend aan alle Berghse deelnemers aan de Politionele Acties.
Mobilisatie-Oorlogskruis (1948)
Het Mobilisatie-Oorlogskruis werd in 1948 ingesteld voor Nederlandse militairen en oud-militairen die (kort samengevat) tussen 6 april 1939 en 20 mei 1940 ten minste zes maanden in werkelijke dienst waren geweest, en voor hen die Nederland daarna nog tot 3 september 1945 ter zee of in de lucht hadden gediend. Nog in 1992 zijn de regels voor toekenning aangepast.
Hoewel enkele honderdduizenden voor dit kruis in aanmerking kwamen, is het slechts op beperkte schaal uitgereikt. Veel oudgedienden stelden er geen prijs op, omdat men het zelf moest aanvragen en er zelf voor moest betalen (f 7,50 was veel geld in 1948). Bovendien was lang niet iedereen van het bestaan van dit kruis op de hoogte.
Kruis voor Recht en Vrijheid (1951)
Het Kruis voor Recht en Vrijheid, ingesteld bij Koninklijk Besluit no. 30 van 23 juli 1951, werd oorspronkelijk toegekend aan militairen die in de periode 1950 – 1953 deel uitmaakten van het Nederlandse VN-bataljon in Korea of van de bemanning van een de zes Nederlandse marineschepen voor de kust van Korea. Op 13 juli 2002 werden bij Koninklijk Besluit no. 496 de toekenningscriteria verruimd, zodat het Kruis thans meer algemeen wordt toegekend aan militairen die zich hebben onderscheiden bij de verdediging van de belangen van het Koninkrijk of de internationale rechtsorde.
De onderscheiding heeft de vorm van een Maltezer kruis met in het midden een gekroond ovaal medallion met de letter J (Juliana). Achter het kruis bevinden zich twee gekruiste zwaarden. Het kruis is geplaatst op een blauw lint met in het midden een oranje baan en aan weerzijden een smalle witte streep.
Zij die een volledige uitzendingsperiode hebben volbracht, dragen op het lint een gesp in de vorm van een horizontaal zwaard met op het blad de tekst “Korea 1950”. Meerdere volbrachte uitzendingen worden aangegeven door een 2, 3 of 4 op het heft van het zwaard.
Nieuw-Guinea Herinneringskruis (1962)
Het Nieuw-Guinea Herinneringskruis, ingesteld bij Koninklijk Besluit no. 1 van 29 september 1962, werd oorspronkelijk toegekend aan militairen die in de periode 1960 - 1962 ten minste drie maanden in werkelijke dienst waren geweest in Nederlands Nieuw-Guinea en de aangrenzende zeegebieden. In 1994 werd die periode verruimd en gold toen vanaf 28 december 1949 (de dag na de soevereiniteitsoverdracht aan Indonesië) tot en met 23 november 1962, toen ook Nederlands Nieuw-Guinea aan Indonesië werd overgedragen.
De militairen voor wie de kruis oorspronkelijk gold, hebben het automatisch uitgereikt gekregen. Zij die pas in 1994 recht op de onderscheiding kregen, moesten haar echter zelf aanvragen. Het is daarom mogelijk dat er veteranen zijn die zowel het Ereteken voor Orde en Vrede als het Nieuw-Guinea Herinneringskruis hebben.
De onderscheiding bestaat uit een verguld bronzen kruis met in het midden een gekroonde medallion. Op het medallion staat een vijfpuntige ster met daaromheen de woorden “Nederland / Nieuw-Guinea”. Het kruis is geplaatst op een groen lint met aan weerzijden een rood-wit-blauwe baan, met het rood zowel links als rechts aan de buitenkant.
Vlak voor de overdracht aan Indonesië in 1962 hadden er nog hevige gevechten plaats. Veteranen van deze gevechten dragen op het groene lint een gesp (een metalen balkje) met het jaartal 1962.
Verzetsherdenkingskruis (1980)
Het Verzetsherdenkingskruis is bedoeld voor mensen die in de Tweede Wereldoorlog in het verzet hebben gezeten. Deze onderscheiding werd pas in december 1980 ingesteld, en omdat er in de oorlog uiteraard geen ledenlijsten van het verzet zijn bijgehouden, moet iedereen die voor het kruis in aanmerking denkt te komen, het zelf aanvragen. Ook kan men het kruis voor iemand anders aanvragen. De aanvraag moet vergezeld gaan van voldoende bewijsmateriaal en referenties om actieve deelname aan het verzet aannemelijk te maken.
Lang niet alle verzetsmensen hebben het kruis aangevraagd. Bij de instelling 35 jaar na het einde van de oorlog waren vele van hen al overleden. Daarnaast hebben veel verzetsmensen onder het motto “te weinig, te laat” of soortgelijke overwegingen van aanvraag van het kruis afgezien. De lijst van dragers van het Verzetsherdenkingskruis is dus geen afspiegeling van de gemeenschap van verzetslieden.
N.B.:
Het Verzetsherdenkingskruis moet niet verward worden met het Verzetskruis 1940-1945! Laatstgenoemd kruis is na de Militaire Willemsorde de hoogste Nederlandse onderscheiding, en is slechts 95 keer toegekend, waarvan slechts één keer aan een nog levende persoon.
Personen op Berghapedia die het Verzetsherdenkingskruis dragen, zijn:
- Karel Adriaens
- Antoon Bus
- Gradus te Dorsthorst (op zijn pagina staat een afbeelding van de medaille)
- Antoon Helmes
- Co Hettinga
- Theet Polman en zijn vrouw
Draaginsigne Gewonden (1990)
Het Draaginsigne Gewonden is op 11 oktober 1990 (!) bij ministerieel besluit ingesteld om respect te betonen aan alle (gewezen) militairen (en vaarplichtige zeelieden in oorlogstijd) die het Koninkrijk dienen of hebben gediend onder oorlogsomstandigheden, of daarmee overeenkomende situaties, inclusief internationale vredesmissies binnen en buiten het verband van de Verenigde Naties, en die lichamelijk en/of psychisch verwond zijn geraakt als gevolg van hun plichtsvervulling.
Het draaginsigne heeft de vorm van een gelijkarmig kruis met op de horizontale balk de Latijnse spreuk vulneratus nec victus: gewond, maar niet verslagen.
Voormalige
Orde van de Unie
De Orde van de Unie was een ridderorde die in 1806 werd ingesteld door Lodewijk Napoleon, koning van het Koninkrijk Holland (een door Napoleon Bonaparte ingestelde Franse vazalstaat die grofweg samenviel met het huidige Nederland). De orde was dus geen onderscheiding van het Koninkrijk der Nederlanden.
Na de inlijving in 1810 van het Koninkrijk Holland bij Frankrijk werd de Orde van de Unie in 1811 door Napoleon Bonaparte opgeheven. De gedecoreerden werden opgenomen in de gelijktijdig ingestelde Orde van de Reünie, die heel het Franse keizerrijk omvatte.
Orde van de Eikenkroon
De Orde van de Eikenkroon is een Luxemburgse onderscheiding die van 1841 tot 1890 ook veelvuldig in Nederland is uitgereikt, en zodoende algemeen als een ook Nederlandse decoratie gezien wordt. De orde werd in 1841 ingesteld door Groothertog Willem II, die tevens Koning Willem II van Nederland was. Nederland en Luxemburg waren tot 1890 immers in een personele unie verenigd. Waar Willem II de orde maar zo'n dertig keer in Nederland heeft uitgereikt, heeft zijn opvolger Willem III dit vele honderden malen gedaan. Omdat de orde formeel niet Nederlands was, kon de koning hem naar eigen goeddunken, dat wil zeggen buiten de ministerraad om, uitreiken. Wanneer de Orde van de Nederlandse Leeuw niet haalbaar was, werd vaak de minder prestigieuze Orde van de Eikenkroon uitgereikt.
De Luxemburgse grondwet schreef erfopvolging in de mannelijke lijn voor, zodat in 1890 bij het overlijden van Willem III de Orde van de Eikenkroon een puur Luxemburgse onderscheiding werd. In Nederland kwam toen Koningin Emma als regentes voor de minderjarige Wilhelmina op de troon, terwijl in Luxemburg de verre verwant Adolf groothertog werd. Ter vervanging van de Orde van de Eikenkroon werd in 1892 de Orde van Oranje-Nassau ingesteld.
Ereteken voor Belangrijke Krijgsbedrijven (1869)
Het Ereteken voor Belangrijke Krijgsbedrijven, ingesteld in 1869, werd toegekend aan officieren, onderofficieren en manschappen die aan een belangrijke militaire expeditie hadden deelgenomen. Het wordt ook wel het Expeditie-Kruis of Kruis voor Krijgsverrichtingen genoemd. In de praktijk is het ereteken uitgereikt voor militaire expedities in het voormalige Nederlands-Indië. De betreffende expeditie staat vermeld op een gesp die op het lint van het ereteken wordt bevestigd.
Het Ereteken voor Belangrijke Krijgsbedrijven werd in 1944 vervangen door het Oorlogsherinneringskruis (zie aldaar).
- Bernardus Terhorst (met drie gespen)
Mobilisatiekruis 1914-1918 (1924)
Het Mobilisatiekruis 1914-1918 in een ministeriële kennisgeving van 1925 ook "Mobilisatie-herinneringskruis" genoemd is een particuliere instelling. Het kruis werd door het "Nationaal Comité Herdenking Mobilisatie 1914" op 1 augustus 1924 ingesteld en in een Legerorder van 1924 werd militairen toestemming verleend om het kruis, en de baton, op het uniform te dragen. Er is geen Koninklijk Besluit opgemaakt maar de legerorder vermeldt wel dat "het H.M. de Koningin heeft behaagd, als blijk van waardeering van de diensten, door de krijgsmacht tijdens den gemobiliseerden toestand aan den lande bewezen, te bepalen het herinneringskruis, ingesteld door het Nationaal Comité Herdenking Mobilisatie 1914, ook in uniform - zoowel in als buiten dienst - mag worden gedragen. Allen, die in de periode Augustus 1914 - November 1918 eenigerlei militairen dienst bij de weermacht te land of ter zee hier ten lande of in de Overzeesche Gewesten hebben vervuld, zullen gerechtigd zijn, het herinneringskruis te dragen. Het kruis zal worden gedragen na het onderscheidingsteeken voor langdurigen dienst, doch vóór de buitenlandsche ridderorden en eereteekenen".
Het kruis werd niet uitgereikt. De Nederlandse overheid was zeer karig geweest met het belonen van de gemobiliseerde soldaten en de vrijwilligers van Landstorm, Landweer en Burgerwacht. Spontaan gevormde comités en bonden moesten inspringen om tastbare herinneringen aan de mobilisatie en de voor Nederland spannende oorlogstijd te scheppen. Het bronzen kruisje kostte met lint f 0,46, een kartonnen doosje kostte f 0,06 extra en een kruis met lint in een luxe doosje kostte f 0,56.
Het Mobilisatiekruis 1914-1918 is een door H.J. Jansen van Galen ontworpen dun bronzen, vierarmig kruis met vier armen waarvan de uiteinden zijn afgerond. Op de voorzijde zijn pijlenbundels afgebeeld. Deze bundels van pijlen werden al door Karel V aan de Staten Generaal voorgehouden als symbool van de kracht die eenheid verschaft. We hebben dus te maken met een oud Nederlands symbool van eenheid.
Op de armen staan de data "AUGUSTUS 1914 - NOVEMBER 1918, de vier jaren waarin Nederland, zo heet het in een toelichting, "zijn gewapende gereedheid, ten koste van grote persoonlijke en economische offers, heeft gehandhaafd".
Op de keerzijde staan de woorden "MOBILISATIE - VREDE - EER". Volgens het Nationaal Comité Herdenking Mobilisatie 1914 had de mobilisatie van de strijdkrachten voor Nederland de vrede gered; zij redde daarbij, zo meende het comité, tevens Nederlands eer, want zij bewees dat Nederland - tot welke prijs ook - stand hield bij het nakomen van nationale en internationale verplichtingen, liever dan zich over te leveren aan de "willekeur van niets-ontziende oorlogvoerenden". Het mobilisatiekruis is, zo liet de organisatie weten, een "vredeskruis" en het "symbool van de gehandhaafde vrede". De keerzijde is vlak en vertoont soms een merkje van de fabrikant.
Het kruis hangt aan een blauw lint van moiré zijde. Aan weerszijden van het lint is een bies in de kleuren van de Nederlandse vlag aangebracht. De bies is van het grote blauwe vlak van het lint gescheiden door een smalle witte streep.
Buitenlandse onderscheidingen
Pauselijke onderscheidingen
Pauselijke onderscheidingen aan Zoeaven
Waarschijnlijk hebben alle Zoeaven (zie aldaar) een of meer pauselijke onderscheidingen ontvangen. Details hierover zijn er in de meeste gevallen niet, maar genoemd worden het Kruis van Mentana (voor deelname aan de Slag bij Mentana op 3 november 1867) en de medailles Bene Merenti (Goede Verdiensten) en Fidei et Virtuti (Voor Geloof en Deugd).
De volgende Zouaven zijn bekend. Voor zover er zekerheid bestaat over een toegekende onderscheiding, staan zij ook vermeld onder die onderscheiding.
- Jan of de Rooie Bouman
- Hent Derksen
- Gerrit Jan Hartering
- Joannes Hebing
- Gradus Jansen
- Henricus Cornelis Koenen
- Petrus Meisters
- Bernardus Verheij
- Gerhardus Witten
Pro Ecclesia et Pontifice
De medaille Pro Ecclesia et Pontifice (Voor Kerk en Paus) wordt uitgereikt aan katholieke leken van ten minste 45 jaar oud die zich gedurenden ten minste 25 jaar verdienstelijk hebben gemaakt. Berghenaren die deze onderscheiding hebben ontvangen zijn:
- Hent Derksen
- Th. J. van Ditshuizen
- Alois Garben
- M. Geurts
- Jan ten Have
- Antoon Helmes
- Gerrit Ketelaar
- Jan Loskamp
- Ferdinand Mensing
- C.H.J. Reijers
- C.J.B. Reijers
- Antoon Ruikes
- Sengers-Claessen
- Joep Venes
- Mia Schuurman
- Jan Weijers en Diny Weijers-Gerritsen (Ons Familieboek blz 360): Pro Ecclesia et Pontifice
- G.B. Winters
- Bernard Wittenhorst
- Jan Zweers
Bene Merenti
De onderscheiding Bene Merenti (=goede verdiensten) wordt verleend aan personen die "minimaal 35 jaar oud zijn en zich minstens 10 jaar langdurige op geringe, doch opvallend verdienstelijke wijze in lokaal verband inzetten voor Kerk en samenleving".
- Zuster Antoniella
- gemeentesecretaris Helmink
- Gerrit Jansen
- G.W.Schuurman (de Snor)
- Gerhardus Witten
Orde van Sint-Silvester
Het Vaticaan kent, als soevereine staat, een aantal ridderorden. De Orde van Sint-Silvester (Silvesterorde) stamt uit 1841, maar werd in zijn huidige vorm in 1905 ingesteld door Paus Pius X. Hij is de op drie na hoogste onderscheiding in de Katholieke Kerk, en wordt uitgereikt aan leken.
België
Kroonorde
De Kroonorde werd in 1897 gesticht door Koning Leopold II in zijn hoedanigheid als koning van het onafhankelijke Congo, en in 1908 opgenomen in het Belgische beloningssysteem. Hij bestaat uit zeven graden (grootkruis, grootofficier, commandeur, officier, ridder, palmen en medailles), waarbij de laatste twee graden uit een aantal klassen bestaan (gouden en zilveren palmen; gouden, zilveren en bronzen medailles). De Kroonorde wordt toegekend voor belangrijke artisitieke, letterkundige of wetenschappelijke verdienste in de commerciële of industriële wereld of voor langdurige trouwe dienst aan het land of in Afrika.
Burgerlijke eretekens
De Burgerlijke eretekens van België werden oorspronkelijk ingesteld bij Koninklijk Besluit van 21 juli 1867 ter beloning van het vervullen van meer dan 25 jaar of meer dan 35 jaar loyale dienst in provinciale of gemeentelijke, door verkiezingen verkregen ambten of onbezoldigde betrekkingen. Een Koninklijk Besluit van 15 januari 1885 maakte de toekennning ook van toepassing op de burgerlijke betrekkingen van de Staat.
De Burgerlijke Eretekens omvatten twee graden: Kruis, dat als eerste of tweede klasse wordt toegekend, en Medaille, die als eerste, tweede of derde klasse wordt toegekend. Dit afhankelijk van het ambtsniveau en de dienstanciënniteit, waarbij het Kruis een hogere onderscheiding is dan de Medaille. Mensen die lang in dienst waren, kregen zo na 25 jaar een Burgerlijke Medaille en tien jaar later een overeenkomstig Kruis.
Duitsland (Bondsrepubliek Duitsland)
De Bondsrepubliek Duitsland kent één orde van verdienste. Deze heet eenvoudigweg Orde van Verdienste van de Bondsrepubliek Duitsland (Verdienstorden der Bundesrepublik Deutschland of kortweg Bundesverdienstkreuz). Hij werd in 1951 ingesteld en kent negen graden. Daarnaast hebben alle deelstaten behalve Hamburg en Bremen een eigen orde van verdienste.
Bundesverdienstkreuz
Niedersächsischer Verdienstorden
Duitsland (voormalige Duitse staten)
Orde van de Rode Adelaar
De Orde van de Rode Adelaar (Roter-Adler-Orden) was de op een na hoogste onderscheiding van het Koninkrijk Pruisen. Hij werd in zijn oorspronkelijke vorm ingesteld op 17 november 1705, maar in de loop der tijd een aantal malen gereorganiseerd. Hierdoor ontstond op den duur een ingewikkelde indeling in graden.
Vorstelijk Hohenzollernse Huisorde
De Vorstelijk Hohenzollernse Huisorde werd op 1 januari 1842 ingesteld door Karl en Friedrich, Vorsten van Hohenzollern-Hechingen en Hohenzollern-Sigmaringen. De Orde werd uitgereikt aan personen voor bewezen diensten aan de vorsten of hun staatjes en bezittingen. Daartoe behoorde ook Bergh, zodat deze onderscheidig in zekere zin een Berghse onderscheiding kan worden genoemd. De orde zit erg ingewikkeld in elkaar met meerdere tientallen graden en uitvoeringen.
Frankrijk
Huidige
Légion d'honneur
De Ordre national de la Légion d'honneur (nationale orde van het Erelegioen) werd in 1802 ingesteld door Napoleon Bonaparte. Na de val van Napoleon is de orde tot op de dag van vandaag blijven bestaan, zij het in gewijzigde vorm. De orde staat ook internationaal in hoog aanzien. Er zijn vijf graden: ridder, officier, commandeur, grootofficier en grootkruis.
Médaille des Passeurs
L'Union Nationale des Evadés de Guerre, een Franse vereniging van ontsnapte krijgsgevangenen, heeft na de Tweede Wereldoorlog de Médaille des Passeurs uitgereikt aan mensen die uit krijgevangenschap gevlucht Franse militairen hebben geholpen. Op internet zijn hierover slechts summiere gegevens te vinden.
- Gradus te Dorsthorst (op zijn pagina staat een afbeelding van de medaille)
Voormalige
Ordre de la Réunion
L'Ordre Impérial de la Réunion (de Keizerlijke Orde van de Reünie) werd in 1811 gesticht door Napoleon nadat hij in 1810 het Koninkrijk Holland had geannexeerd. Zijn broer Lodewijk Napeleon had als koning van Holland de Orde van de Unie ingesteld. De Orde van de Reünie moest nu de Orde van de Unie vervangen. Er waren drie graden: ridder, commandeur en grootkruis.
Israel
Yad Vashem
Rechtvaardige onder de Volkeren (Hebreeuws: "Chassid Umot ha-Olam") is de eretitel die door de leiding van Yad Vashem (het Holocaust-monument in Israël) wordt gegeven aan niet-joden, die in de Tweede Wereldoorlog joden hebben geholpen aan de concentratiekampen te ontkomen. De ontvanger van de titel krijgt een medaille en een oorkonde, en zijn of haar naam wordt in een muur gebeiteld.
Oostenrijk
Frans Jozef-Orde
De Frans Jozef-Orde werd op 2 december 1849 ingesteld door keizer Frans Jozef I van Oostenrijk. De orde werd verleend voor maatschappelijke verdiensten en kon ook aan buitenlanders toegekend worden.
Bij de instelling waren er drie graden: ridder, commandeur en grootkruis. Later werden daaraan toegevoegd de graden officier (tussen ridder en commandeur) en commandeur met ster (tussen commandeur en grootkruis)
Rusland
Er is waarschijnlijk maar één inwoner van Bergh die ooit door de tsaar van Rusland is onderscheiden, en dat nog wel minstens twee keer. Hij kreeg de Orde van Sint Andreas, de Orde van Sint Vladimir en mogelijk nog andere (herinnerings)medailles.