Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Nederlandse oorlogsslachtoffers WO II
Inhoud
- 1 Wie is een oorlogsslachtoffers?
- 2 Categorieën oorlogsslachtoffers
- 2.1 Nederlandse militairen
- 2.2 Joodse oorlogsslachtoffers
- 2.3 Burgerslachtoffers van de Duitse repressie
- 2.4 Burgerslachtoffers van oorlogsgeweld
- 2.5 Berghse oorlogsslachtoffers met Duitse nationaliteit
- 2.6 Berghse oorlogsslachtoffers in Nederlands-Indië en het Verre Oosten
- 2.7 Slachtoffers van het Kamp Rees overleden in Bergh
- 3 Commissie tot het doen van aangifte van overlijden van vermisten
- 4 Zie ook
Wie is een oorlogsslachtoffers?
Op deze pagina staan alle Nederlandse oorlogsslachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog die een binding met de gemeente Bergh hebben. Uiteraard is niet iedere dode uit die tijd een oorlogsslachtoffer, maar een sluitende definitie van dit begrip is er niet.
Achter elke naam in onderstaande lijst staan nummers die verwijzen naar de plaatsen waar de betreffende persoon als oorlogsslachtoffer wordt vermeld. De nummers <1> tot en met <4> verwijzen naar de oorlogsmonumenten in Bergh. Hier heeft de plaatselijke bevolking beslist welke namen een plaats verdienden. Ook had de gemeente Bergh een eigen lijst van oorlogsslachtoffers (nummer <7>).
Nummer <8> verwijst naar het slachtofferregister van de Oorlogsgravenstichting (OGS). Hoewel dit een zeer gezaghebbend register is, staan niet alle Berghse oorlogsslachtoffers hierin. Dit kan, zoals de OGS zelf op haar website meedeelt, het gevolg zijn van onjuistheden en onvolkomenheden. De reden kan ook zijn dat een slachtoffer niet voldoet aan de definities die de OGS hanteert. Zij maakt onderscheid tussen oorlogsslachtoffers en slachtoffers van de oorlog. Eerstgenoemden zijn omgekomen door gericht handelen van de vijand, zoals in de gewapende strijd, in gevangenschap, bij represailles of door vervolging. Laatstgenoemden hebben zich niet in woord of daad tegen de vijand verzet, maar zijn toch omgekomen door oorlogsgeweld of na de oorlog aan de gevolgen daarvan overleden. Ondanks deze definities is niet altijd duidelijk waarom de een wel en de ander niet in het slachtofferregister van de OGS is opgenomen.
De nummers verwijzen als volgt:
- Oorlogsmonumenten:
- Oorlogsmonument Beek = <1>
- Oorlogsmonument 's-Heerenberg = <2> (Joden staan per gezin vermeld)
- Oorlogsmonument Lengel = <3>
- Oorlogsmonument Zeddam = <4>
- Lijsten en registers:
- Digitaal Monument van de Joodse Gemeenschap = <5>
- Erelijst van gevallenen 1940-1945 = <6>
- Gemeentearchief Bergh, lijst van oorlogsslachtoffers = <7>
- Oorlogsgravenstichting = <8>
- Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge = <9>
- Yad Vashem's Central Database of Shoah Victims' Names = <10>
Categorieën oorlogsslachtoffers
Nederlandse militairen
Gesneuveld tijdens de Duitse inval
Tijdens de oorlogsdagen van mei 1940 en gebeurtenissen die daarmee verband houden in de dagen daarna, zijn ruim tweeduizend Nederlandse militairen gesneuveld. Daaronder waren er zeven die in de voormalige gemeente Bergh zijn geboren, of bij het begin van de oorlog daar woonachtig waren. Bovendien is er één Nederlandse militair van elders in de gemeente Bergh gesneuveld. Zeven van hen zijn begraven op het Militair Ereveld Grebbeberg in Rhenen.
- Wilhelmus Henricus Berntsen, Loerbeek, <1>, <2>, <6>, <7>, <8>
- Gerardus Henricus Bonte, <8>
- Geradus Wilhelmus Elting, 's-Heerenberg, <2>, <6>, <7>, <8>
- Wilhelmus Antonius Hermsen, Lengel, <2>, <3>, <4>, <6>, <7>, <8>
- Gerrit Johan Hogeweg, Arnhem, <6>, <8>
- Bernardus Rexwinkel, Beek, <6>, <8>
- Lambertus Bernardus Span, Stokkum, <2>, <6>, <7>, <8>
- Bernard Hendrik van Til, 's-Heerenberg, <6>, <8>
De overlijdens van deze militairen moesten, zoals elk ander overlijden, worden aangegeven in de gemeente waar zij waren omgekomen. Vervolgens zond die gemeente een uittreksel uit de overlijdensakte naar de gemeente waar de militair had gewoond, zodat het overlijden ook daar officieel geregistreerd kon worden. Door de oorlogsomstandigheden is de overlijdensaangifte voor elk van de omgekomen Berghse militairen heel verschillend verlopen. Details hierover zijn op de pagina van elk van hen te vinden.
Gesneuveld tijdens de bevrijding van Nederland
Leden van de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten hebben in 1944 en 1945 in het kielzog van de oprukkende geallieerde strijdmacht militaire taken uitgevoerd. Hierbij zijn doden gevallen.
- Johannes Albertus Rosendahl, 's-Heerenberg, <6>, <8>
Joodse oorlogsslachtoffers
Hieronder volgen de namen van de Joodse oorlogsslachtoffers die in 's-Heerenberg geboren zijn of er voor langere dan wel kortere tijd gewoond hebben. In andere Berghse plaatsen hebben, voor zover bekend, geen Joden gewoond.
Informatie over Berghse Joden die de oorlog overleefd hebben of voordien al overleden waren, is te vinden op of via de pagina Joodse gemeenschap in 's-Heerenberg.
Gedeporteerd vanuit 's-Heerenberg
|
Van elders gedeporteerd;
|
Van elders gedeporteerd;
|
Burgerslachtoffers van de Duitse repressie
Burgers die na arrestatie op grond van activiteiten die de bezetter onwelgevallig waren, zijn gearresteerd en vervolgens door toedoen van de bezetter om het leven zijn gekomen
- Gerrit Antonius Bod, Loerbeek, <7>
- Albert Evers, Beek, <7>
- Dominicus Hylarius Ettema, Zeddam, <2>, <4>, <6>, <7>, <8>
- Pastoor Galama, 's-Heerenberg, <2>, <6>, <7>, <8>
- Wilhelmus Albertus Jansen, <8>
- Cornelis Pieter Kreukniet, Stokkum, <6>, <8>
- Wilhelmus Moorman, Beek, <1>, <2>, <6>, <7>, <8>
- Antonius Geradus Johannes Pas, Zeddam, <2>, <4>, <7>, <8>
- Kapelaan Van Rooijen, 's-Heerenberg, <2>, <6>, <7>, <8>
Burgerslachtoffers van oorlogsgeweld
Op deze lijst staan ingezeten burgers van Bergh die in Bergh of elders aan de gevolgen van oorlogsgeweld zijn overleden, en ook burgers van elders die in Bergh zijn overleden.
Berghse oorlogsslachtoffers met Duitse nationaliteit
De nazi's beschouwden iedere Duitser binnen de officiële grenzen van het Duitse Rijk als Rijksduitser. Duitsstammigen buiten het Duitse Rijk werden aangeduid met de term Volksduitser.
- Theodorus Bernardus Berndzen, 's-Heerenberg, <7>, <9>
- Gert Bosman, Beek, <1>
- Gert Reuling, Stokkum, <9>
- Benno Reuling, Stokkum, <7>, <9>
- Huub Reuling, Stokkum, <7>, <9>
- Theodorus Marinus Schulte, 's-Heerenberg, <7>
- Josef Wolters, 's-Heerenberg, <7>, <9>
Berghse oorlogsslachtoffers in Nederlands-Indië en het Verre Oosten
- Hendrikus Wilhelmus Benen, Nederlands-Indië, <8>
- Carolus Johannes van den Berg, Thailand, <2>, <6>, <8>
- Jacobus Bernardus van Bergen, Thailand, <4>, <6>, <7>, <8>
- Hendrikus Theodorus Bongers, <2>, <8>
- Everhardus Johannes Braam, Nederlands-Indië, <8>
- Wilhelmus Antonius Derksen, Thailand, <2>, <6>, <8>
- Maria Elisabeth Frericks, Nederlands-Indië, <8>
- Bernardina Hegman, Nederlands-Indië, <8>
- Engelbertus Theodorus van der Heijden, Nederlands-Indië, <2>, <6>, <7>, <8>
- Maria Johanna Theodora van der Heijden-Fenneman, Nederlands-Indië, <2>, <7>, <8>
- Bart van der Heijden, Nederlands-Indië, <2>, <7>, <8>
- Wilhelmina Gerharda Jansen, Nederlands-Indië, <2>, <3>, <4>, <7>, <8>
- Wilhelmus Antonius Kaak, Nederlands-Indië, <8>
- Hermanus Wilhelmus Antonius Kleinpenning, Nederlands-Indië, <4>, <6>, <7>, <8>
- Wilhelmus Hermanus Moerkes, Thailand, <6>, <8>
- Maria Elisabeth Christina Josepha Simons, Nederlands-Indië, <8>
- Catharina Frederika Simons-de Carpentier, Nederlands-Indië, <8>
- Carel Antoon Wennekes, Thailand, <6>, <8>
Slachtoffers van het Kamp Rees overleden in Bergh
Er bestaan geen volledige namenlijsten van mensen die in Kamp Rees hebben gezeten. Onderstaande lijst is samengesteld op grond van de volgende bronnen:
- E = Er op of er onder, blz. 123
- O = Old Ni-js nummer 60, blz. 46-47
- S = Stichting Dwangarbeiders Apeldoorn '40 - '45
X = acht slachtoffers die op het protestante kerkhof van 's-Heerenberg waren begraven en in 1955 als groep zijn overgebracht naar het Ereveld Loenen. Zij rusten daar nu in vak C, graven 15 t/m 22. De rest is op andere tijdstippen naar Loenen overgebracht, dan wel in de eigen woonplaats herbegraven.
De nummers achter de namen worden verklaard in de inleiding bovenaan deze pagina.
|
|
Commissie tot het doen van aangifte van overlijden van vermisten
Ten tijde van de bevrijding waren heel veel Nederlanders ontheemd – zij waren om wat voor reden dan ook uit hun woonplaats verdreven of gedwongen afgevoerd. Dit waren bijvoorbeeld evacués, die in de loop van 1945 in de meeste gevallen naar huis terug konden keren. Maar er waren ook heel veel mensen afgevoerd naar concentratie- en vernietigingskampen in Duitsland en Polen. Over hun lot was in de meeste gevallen niets met zekerheid bekend. Nadat de overlevenden in de maanden na de oorlog naar huis waren teruggekeerd, moest worden aangenomen dat de rest was omgekomen.
Zolang er geen bewijs was dat deze mensen waren overleden, stonden zij officieel als vermist geregistreerd. Dit betekende niet alleen dat nabestaanden in het ongewisse bleven over het lot van hun naasten, maar ook dat de overlijdens niet in de registers van de Burgerlijke Stand ingeschreven kon worden. Dit kon voor de nabestaanden allerlei juridische gevolgen hebben. Erfenissen konden niet verdeeld worden, en weduwnaars en weduwen konden niet hertrouwen, om maar een paar voorbeelden te noemen. De bestaande wetgeving voor oorlogsslachtoffers bleek niet bruikbaar, zodat op 2 juni 1949 (ruim vier jaar na de oorlog) een wet werd aangenomen die de procedures voor het opmaken van overlijdensakten van vermisten moest vereenvoudigen. Twee maanden later werd bij Koninklijk Besluit de Commissie tot het doen van aangifte van overlijden van vermisten ingesteld, die deze wet moest gaan uitvoeren.
De ministeries van Justitie, van Binnenlandse Zaken en van Financiën werkten hierin samen met het Rode Kruis en nog een aantal instanties om het lot van de vermisten te achterhalen. In een aantal gevallen is uit Duitse gemeenten een overlijdensakte – een Sterbeurkunde – ontvangen, maar in de meeste gevallen – met name waar het Joden betrof – is door de inspanningen van de Commissie het bewijs geleverd dat de betroffenen waren overleden. De Commissie deed op eigen initiatief onderzoek, maar nabestaanden of belanghebbenden konden ook een verzoek tot onderzoek indienen.
In 1952 werd de Commissie ingekrompen en in september 1962 opgeheven. De gevallen die zich daarna nog voordeden, werden afgehandeld door de Hoofdafdeling Privaatrecht van het ministerie van Justitie.
De Berghse oorlogsslachtoffers die door de Commissie zijn achterhaald, zijn bijna allemaal Joden (zie 2.2). Een voorbeeld is Roidi Bloemendaal. De enige uitzondering is, voor zover op dit moment bekend, Antoon Koenders (zie 2.3).
- Bron: Oorlogsgetroffenen